Vissers IJsselmeer ontevreden over Vissersbond
Een groep van 35 vissers is ontevreden over de manier waarop de Producentenorganisatie Nederlandse Vissersbond–IJsselmeer een sanering van een deel van de IJsselmeervloot voorbereidt. De vissers denken dat de gemeentebesturen van Enkhuizen, Edam–Volendam, Wieringen, Urk en Wunseradiel meer geldpotjes kunnen opbreken in Den Haag.
Visser Klaassen uit Enkhuizen vindt dat de bond „te weinig" voor de IJsselmeervissers doet, zo stelde hij donderdag. Secretaris Berends van de Vissersbond snapt niet waar de onvrede vandaan komt. Het bondsbestuur overlegt volgens hem al tijden met het ministerie van Landbouw over de toekomst van de vissersvloot. Berends stelt dat het tijd kost om een saneringsregeling op te stellen, die „voor iedereen aanvaardbaar is".
De visserij op het IJsselmeer staat onder druk. Vorige week nog bepaalde minister Veerman van Landbouw dat er dit jaar niet op spiering mag worden gevist, omdat er te weinig van deze vis rondzwemt in het meer. De verwachtingen voor de toekomst zijn wat dat betreft niet veel beter. Omdat het IJsselmeer schoner zal worden zal volgens berekeningen straks de samenstelling van het visbestand anders zijn, legt Berends uit.
Het ministerie wil daarom een deel van de vloot uit de vaart halen. De Vissersbond voert al enkele jaren overleg over hoe, wanneer en onder welke voorwaarden dat moet gebeuren. Volgens Klaasen gaat dat echter niet zoals de vissers willen. Uit de bond stappen om zo daadwerkelijk het vertrouwen in het bestuur op te zeggen, kan volgens hem niet omdat de vissers daarmee tevens de mogelijkheid verspelen om in de „zeven beste weken van het jaar" te vissen.
Berends betreurt de ontevredenheid onder een deel van de vissers. „Deze tweespalt kunnen we niet gebruiken", aldus de secretaris. Dat een aantal vissers vindt dat het niet snel genoeg gaat en het bondsbestuur te veel tijd nodig heeft om een vette vis te presenteren snapt hij. „Maar dit soort processen kost veel tijd." Hoeveel van de 83 visserijbedrijven op het IJsselmeer zullen moeten verdwijnen is nog onduidelijk.