Moszkowicz gold jarenlang als een van de beste strafpleiters van Nederland. Met overdoses flair, durf en eloquentie stond de voormalig strafpleiter tal van zware jongens bij, van ‘Hakkelaar’ Johan V. tot de Surinaamse legerleider Desi Bouterse. In de zaak-Holleeder kwam hij in de problemen, maar met de succesvolle verdediging van PVV-leider Geert Wilders revancheerde hij zich.

Toch bleek die triomftocht in toga een aantal forse, groeiende problemen te verhullen. Moszkowicz kreeg hooglopend gedoe met de fiscus en met Germ Kemper, de deken van de Amsterdamse Orde van Advocaten. De belastingzaak werd geschikt, maar Kempers onderzoek leidde tot een vernietigend oordeel van zowel de Raad als het Hof van Discipline. Zij zetten Moszkowicz in april 2013 uit de advocatuur wegens schending van gedragsregels en verwaarlozing van cliëntenbelangen.

Begin 2014 werd Moszkowicz opnieuw veroordeeld door de tuchtrechter, dit keer tot een maand schorsing omdat hij de media zou hebben ingelicht over de zaak van Estelle Cruijff zonder dat zij daarvan wist. Bovendien klopte die informatie niet altijd. Ook zou hij zijn financiële afspraken niet duidelijk hebben vastgelegd en onnodige kosten hebben gedeclareerd. Cruijff had Moszkowicz als advocaat in de arm genomen omdat zij getuige was in de strafzaak tegen haar toenmalige vriend Badr Hari. Dat Moszkowicz al uit het advocatenvak is gezet, maakte voor de tuchtrechter niet uit. De opgelegde schorsing zou ingaan als Moszkowicz opnieuw zou zijn ingeschreven als advocaat.

Abraham Maarten Moszkowicz stamt uit een volbloed advocatengeslacht. Zijn grote voorbeeld is zijn vader, Max sr., die vanuit zijn kantoor in Maastricht lang gezichtsbepalend is geweest voor de strafadvocatuur. Diens vier zonen traden in zijn voetsporen, Bram werd beëdigd in 1985. De tuchtrechter schrapte Robert Moszkowicz, het zwarte schaap van de familie, in 2006 van het tableau.

In 2007 zag Moszkowicz zich genoodzaakt zich terug te trekken uit de strafzaak tegen Willem Holleeder, die werd verdacht van afpersing. Daaraan ging een haantjesgevecht vooraf met journalist Jort Kelder, die de raadsman publiekelijk typeerde als ‘maffiamaatje’.