Opinie

Ga als vriend met Israël in gesprek over nederzettingen

Vrienden van Israël zouden het land moeten aanspreken op de directe en indirecte gevolgen van het nederzettingenbeleid, betoogt Bert de Bruin.

Bert de Bruin
7 January 2016 11:17Gewijzigd op 16 November 2020 00:31
beeld EPA
beeld EPA

Harry Honigh (RD 26-12) stelt terecht dat Israël niet het belangrijkste struikelblok in de wereld is. De Joodse staat voert volgens hem momenteel een strijd „om het naakte bestaan.” Het land heeft daarom de hulp en steun van christenen hard nodig. Zijn en mijn interpretatie van de realiteit verschillen echter in meerdere opzichten.

Over het niet-bestaande verband tussen moslimextremisten en het Palestijns-Israëlische conflict zijn Honigh en ik het volkomen eens. Dat een Palestijnse staat naast Israël (volgens velen een onlosmakelijk deel van een rationele oplossing van het conflict) of zelfs in plaats van Israël (wat God verhoede) de islamistische terreur zou stoppen, is een waanidee. Israël is niet hét probleem en niet dé versjteerder in het Midden-Oosten.

Als overtuigd en praktiserend zionist weiger ik te geloven dat Israël als zodanig überhaupt een probleem is. Ik denk juist dat het land een pilaar van stabiliteit en een bron van inspiratie voor de regio zou kunnen zijn.

Toch meen ik dat minstens één element binnen Israëls regeringsbeleid problematisch is en bepaalde problemen veroorzaakt of voedt.

Vandaag de dag is, naast Palestijns(-islamistisch)e terreur, het rechts-religieuze extremisme een van de belangrijkste of althans gevaarlijkste problemen. Het manifesteert zich de laatste jaren meer en meer in Israël, en vooral op de Westoever. Al jaren spelen politie en leger een kat-en-muisspel met de zogenaamde ”heuveltopjeugd”, een groep van feitelijk anarchistische jonge kolonisten. Zij spelen een sleutelrol in de bouw van betwiste nederzettingen of buitenposten (vlak bij bestaande nederzettingen), bij de vaak gewelddadige demonstraties tegen de ontruiming van dergelijke plaatsen door de autoriteiten, en in de zogenaamde ‘prijskaartterreurdaden’ tegen Palestijnen en tegen „Arabische” eigendommen (huizen, olijfbomen, auto’s, moskeeën, kerken).

Ook de hoofdverdachte van de moord in Duma op de achttien maanden oude Ali Saad Dawabsha en diens ouders (hun 4-jarige zoontje Ahmad liep zware brandwonden op) was een (voormalige) heuveltopjongere. Hij behoort tot een groep die De Opstand heet. Deze groepering, waarschijnlijk bestaande uit slechts enkele tientallen activisten, keert zich tegen de ‘vreemde’ zionistische staat en wil een Joods Koninkrijk stichten.

Activisten van een andere extremistische groep, Lehava (Voor het Voorkomen van Assimilatie in het Heilige Land, vooral actief in de „strijd” tegen gemengde huwelijken), werden eerder dit jaar veroordeeld voor brandstichting in een centrum voor gezamenlijk Joods-Arabisch onderwijs in Jeruzalem. De leider van Lehava, een praktiserend kolonist, heeft onlangs gezegd dat er voor het kerstfeest geen plaats is in Israël. Hij noemde christenen vampiers en bloedzuigers die (uit Israël) verwijderd moeten worden.

Weliswaar gaat het hier om randverschijnselen. Toch moet worden vastgesteld dat die verschijnselen zich hebben kunnen ontwikkelen met stilzwijgende dan wel actieve steun uit onder andere regeringskringen. Bovendien houden ze op z’n minst indirect verband met het nederzettingenbeleid.

Tot de moord in Duma konden de heuveltopjongeren rekenen op morele en praktische steun van veel mainstreamkolonisten, en van de kolonistenlobby binnen de politieke partijen Likud en Het Joodse Huis (HJH). Betsalel Smotritch, Knessetlid voor HJH, weigert tot op heden de misdadigers van Duma (of bijvoorbeeld Baruch Goldstein, de extremistische kolonist die in 1994 29 moslims in een moskee vermoordde) terroristen te noemen.

Wat het antiterreurbeleid aangaat gelden er in Israël en voor Joden de facto andere wetten dan op de Westbank en voor Palestijnen. Dit staat nog los van de economische en diplomatieke schade die het nederzettingenbeleid Israël berokkent.

Premier Nethanyahu helpt ook niet echt. Door bijvoorbeeld op verkiezingsdag vorig jaar, en na een terreuraanslag in Tel Aviv afgelopen week, in te spelen op anti-Arabische onderbuikgevoelens onder zijn kiezers, heeft hij de toch al bestaande kloof tussen Israëls Joden en Arabieren alleen maar groter gemaakt. Arabische Israëliërs, die misschien wel een deel van de oplossing voor het conflict zouden kunnen zijn, worden zo steeds meer als groep weggezet als buitenstaander, vreemdeling en vijand.

Ook met betrekking tot een coöperatieve opstelling, of liever een gebrek daaraan, verschillen Harry Honigh en ik van mening. In mijn ogen kunnen Palestijnen en Israëliërs in dat opzicht elkaar namelijk de hand schudden. Geen van beide partijen heeft de laatste jaren bovengemiddeld haar serieuze best gedaan om vrede dichterbij te brengen. Beide partijen maken zich continu schuldig aan het aanzetten tot (of het niet actief genoeg voorkomen van) haat en geweld.

Israël, als Joodse én democratische staat, voert zonder meer een strijd om zijn bestaan, naar binnen en naar buiten toe. Naast morele steun en gebeden, waar meer dan ooit behoefte aan is, zou ik echter ook graag zien dat Israëls vrienden hun Israëlische gesprekspartners deelgenoot maken van hun verontrusting over directe en indirecte gevolgen van het nederzettingenbeleid. Die vrienden zouden, als ze ook Palestijnse contacten hebben, tegelijk hun best moeten doen om hun gesprekspartners van beide kanten (nader) tot elkaar te brengen.

Met dergelijke toenaderingen (hoe kleinschalig ook) begint de weg naar vrede, zo is mijn persoonlijke overtuiging en ervaring. Een uiteindelijke (imperfecte) vrede tussen Israël en de Palestijnen zal IS en andere islamistische terreurbewegingen niet doen verdwijnen. Joden en Arabieren en de wereld als geheel zullen er echter zeker wel bij varen.

De auteur is historicus en leraar Engels aan het Leo Baeck Education Center in Haifa. In 1995 emigreerde hij naar Israël.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer