Executie sjiitische geestelijke vergroot spanningen
RIYAD/TEHERAN (AP). De executie van de vooraanstaande sjiitische geestelijke Nimr al-Nimr gelijktijdig met 46 andere terdoodveroordeelden in Saudi-Arabië heeft de spanningen tussen het soennitische koninkrijk en het sjiitische Iran vergroot. Irans opperste leider ayatollah Ali Khamenei zei dat het Saudische koningshuis ‘goddelijke wraak’ over zichzelf heeft afgeroepen. Van zijn kant zegt Saudi-Arabië dat het regime in Teheran ‘zijn ware gezicht als ondersteuner van terrorisme’ laat zien.
De massa-executie die zaterdag bekend werd gemaakt was de grootste sinds 35 jaar in Saudi-Arabië Onder de terechtstelden waren ook drie andere sjiitische dissidenten en een aanal leden van Al-Qaida. Al-Nimr was voor zijn arrestatie in 2012 een centrale figuur in de protesten van de Saudische sjiieten tegen hun ondergeschikte rol in de Saudische samenleving. Zijn executie werd door sjiieten in de hele regio veroordeeld.
De Iraanse leider Khamenei zei dat Al-Nimr ‘mensen nooit heeft opgeroepen wapens op te nemen of geheime plannen heeft uitgebroed. Het enige wat hij deed was in het openbaar kritiek oefenen’. De machtige Iraanse Revolutionaire Garde zei dat de ‘middeleeuwse wandaad’ van Saudi-Arabië tot de val van het Saudische koningshuis zal leiden.
Het Iraanse ministerie van buitenlandse zaken ontbood de Saudische gezant in Teheran om een protestnota te overhandigen, waarna Riyad de Iraanse gezant liet komen en de kritiek op de executie als ‘flagrane inmenging’ in zijn binnenlandse aangelegenheden af te wijzen. Het Saudische ministerie van buitenlande zaken beschuldigde Teheran van ‘blind sektarisme’. Door terreurdaden te verdedigen betoont Iran zich ‘een partner in hun misdaden in de gehele regio’.
Iran en Saudi-Arabië zijn verwikkeld in een bittere rivaliteit en steunen tegenovergestelde partijen in de oorlogen in Syrië en Jemen. Iran beschuldigt Saudi-Arabië van steun aan ‘terrorisme’ omdat het achter rebellengroepen in Syrië staat, terwijl Riyad wijst op de steun van Iran aan de Libanese Hezbollah en andere militante sjiitische groepen.
Woedende betogers bestormden zondagochtend de Saudische ambassade in Teheran. Sommigen bekogelden het gebouw met stenen, anderen gooiden molotovcocktails waardoor een deel van het pand in brand raakte. De politie greep later in en pakte ongeveer veertig relschoppers op.
De Iraanse president Hassan Rouhani nam afstand van de bestorming door ‘extremisten’ en noemde die ‘niet te rechtvaardigen’. In de loop van de middag verzamelden zich weer enkele honderden demonstranten bij de ambassade, hoewel de autoriteiten een plein in het centrum hadden aangewezen als de plek om te protesteren.
Protesten vonden ook plaats in de Libanese hoofdstad Beiroet. In de Iraakse hoofdstad Bagdad werd opgeroepen de Saudische ambassade, die op het punt staat om na bijna 25 jaar heropend te worden, onmiddellijk weer te sluiten. De Iraakse premier Haider al-Abadi veroordeelde de executie van Al-Nimr en noemde vreedzame oppositie een ‘fundamenteel recht’. De hoogste sjiitische geestelijke in Irak, grootayatollah Ali al-Sistani, noemde Al-Nimr een martelaar en zei dat diens bloed en dat van andere sjiitische demonstranten ‘onterecht is vergoten’.
Honderden aanhangers van Al-Nimr gingen de straat op om te protesteren in diens woonplaats Al-Qatif in het oosten van Saudi-Arabië, evenals in het buurstaatje Bahrein, waar de politie traangas en hagel afschoot. Tot in het noorden van India werd tegen de executie gedemonstreerd.
De Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties, Zeid Raad al-Hussein, noemde de executies ‘een zeer zorgelijke ontwikkeling, te meer omdat sommige terdoodveroordeelden werden beschuldigd van niet-gewelddadige misdrijven’. In een verklaring zondag plaatste hij ook vraagtekens bij de rechtsgang.
De laatste keer dat Saudi-Arabië een massa-executie van vergelijkbare omvang uitvoerde was in 1980, toen 63 mensen die aan een bezetting van de Grote Moskee in Mekka hadden deelgenomen werden terechtgesteld. Extremisten hielden de moskee twee weken lang bezet om de troonsafstand door de Saudische koninkijke familie te eisen.
De Britse publieke omroep BBC meldde zondag dat een van de 47 terechtgestelden, Adel al-Dhubalti, veroordeeld was voor een aanval op zijn journalisten in Riyad in 2014. De 36-jarige Ierse cameraman Simon Cumbers kwam bij die aanslag om het leven, de Britse verslaggever Frank Gardner werd zwaargewond en raakte blijvend verlamd.