Hezbollah zweert wraak op Israël
BEIROET. „Dood aan Israël”, zongen maandag duizenden aanhangers van de Libanese groepering Hezbollah tijdens de uitvaart van de prominente commandant Samir Kantar. De Libanees kwam afgelopen weekend om het leven toen het pand waar hij verbleef in de Syrische stad Jaramana met raketten werd verwoest.
In Israël reageerden diverse politici verheugd op zijn dood; Kantar werd er nog altijd door velen gehaat, omdat hij in 1979 als 16-jarige betrokken was bij de moord op Israëlische burgers in de plaats Nahariya. Onder de slachtoffers waren een vader en zijn twee kinderen.
De Libanees Kantar was in Israël wegens terrorisme veroordeeld en zat bijna dertig jaar in de cel toen hij in 2008 werd geruild tegen de lichamen van in Libanon omgekomen Israëlische militairen.
Hij werd in Libanon als een held binnengehaald, maar veel Israëliërs waren woedend dat hij mocht gaan.
Blijkbaar was Kantar recentelijk in Syrië actief voor Hezbollah, dat in de burgeroorlog meevecht aan de kant van het regime. Volgens een plaatselijke militie in Jaramana die trouw is aan Assad, was de Israëlische aanval met vier raketten een doelbewuste moordaanslag op Kantar. Israël heeft bevestigd noch ontkend dat het achter de aanval zit. Hezbollah is daar echter van overtuigd.
Hezbollahleider Hassan Nasrallah zei maandag dat zijn militie de dood van Kantar zal wreken. „Het is ons recht de moord te vergelden, op een plaats, tijdstip en manier die ons goed dunken. Het is ons recht en ik zal er vanavond aan toevoegen dat wij dit recht met de hulp van Allah zullen uitoefenen.”
Zondag werden vanuit Libanon al drie raketten afgevuurd op het noorden van Israël. Niemand raakte gewond. De krant Haaretz bracht de raketaanval in verband met de dood van Kantar.
De in 2011 uitgebroken Syrische burgeroorlog heeft een zware tol geëist van Assads leger. Hezbollah en Iran compenseren samen met de massale Russische luchtaanvallen de geslonken Syrische strijdkrachten in de slepende burgeroorlog.