Hoe schadelijk is het Kamerdebat voor Rutte, Van der Steur en Dijkhoff?
In het Kamerdebat over de Teevendeal zal een getergde oppositie premier Rutte, minister Van der Steur en staatssecretaris Dijkhoff tot laat in de avond onder vuur nemen. Wat is hun aandeel in de rel die inmiddels is ontstaan?
De deal die oud-staatssecretaris Teeven in 2000 sloot met drugsboef Cees H. is mogelijk toch een heel goede geweest, opperde premier Rutte vrijdag. Akkoord, H. hoefde slechts 750.000 gulden af te staan aan de staat. De rest van zijn omvangrijke misdaadfortuin, ruim 4,7 miljoen gulden, mocht hij houden. Maar zou daar wellicht waardevolle info tegenover hebben gestaan, waardoor andere criminelen achter de tralies zijn beland?
Een externe onderzoekscommissie onder leiding van voormalig Nationale ombudsman Oosting blijft stellig. Wat H. ook mag hebben verklapt; ruim 4 miljoen gulden kan het nooit waard zijn geweest. De premier moet dus alsnog toegeven: Teeven tastte mis.
Dat Rutte Teeven nooit expliciet heeft gevraagd welke financiële details hij zich nog voor de geest kon halen, zit de oppositie ook enorm hoog. Teeven is daarover gehoord; zij het niet door een externe onderzoeker, maar door een hoge justitieambtenaar. Teeven schatte H.’s fortuin tijdens dat gesprek op ongeveer 4,8 miljoen gulden, maar van toenmalig minister Opstelten mocht dat niet in het eindrapport. Daarin staat dus: Teeven weet het niet meer precies. Toen later ging rondzingen dat hij nog wel van alles wist, vroeg de premier Teeven alleen: Sta je nog steeds achter het rapport? Zwak, vindt de oppositie. Rutte had moeten eisen: vertel het hele verhaal.
Dan is er nog het verslag van dat gesprek tussen Teeven en de ambtenaar. Rutte heeft dit nooit aan de Kamer willen geven. Zijn verdediging: ik kreeg te horen dat het een persoonlijk verslag betrof. Ongetwijfeld wil de oppositie het woensdag nog een keer heel deemoedig uit Ruttes mond horen: „Geachte Tweede Kamer, dat was een inschattingsfout. Het stuk had openbaar moeten worden gemaakt.”
„Geen concrete herinneringen”
Op 4 maart toonde het tv-programma Nieuwsuur delen uit een justitiedossier. Deze bevestigden dat H. ruim 4,7 miljoen gulden mocht houden. Nog diezelfde avond liet het ministerie een persbericht uitgaan. Daarin werd met klem gesteld: Er zijn geen justitiemedewerkers „met concrete herinneringen” aan de hoogte van H.’s fortuin.
In een conceptversie van het bericht werd het getal van 4,7 miljoen gulden nog concreet genoemd, in de eindversie niet meer. De reden daarvan werd dinsdag onthuld in een kabinetsbrief aan de Kamer. Volgens de huidige bewindslieden Van der Steur en Dijkhoff, destijds nog Tweede Kamerleden, kon dat verwarring oproepen. Daarom adviseerden zij: haal dat cijfer eruit. Voor de oppositie is het duidelijk: daarmee diende het tweetal niet het belang van de Tweede Kamer. Louter dat van de VVD.
Of Van der Steur op 4 maart het verslag van het gesprek tussen de topambtenaar en Teeven al kende, is niet duidelijk. Hij moest die middag eerder weg. Dijkhoff wist wel van het stuk. Hij leidde destijds de VVD-campagne voor de Provinciale Statenverkiezingen en wilde op 4 maart zo veel mogelijk details weten. De ambtenaar citeerde daarop diverse keren uit het verslag.
Hoe de twee bewindspersonen woensdag begrip moeten tonen voor het ongenoegen dat ze met hun optreden van 4 maart hebben gewekt, staat nog te bezien. Één ding is zeker: alleen zachtjes „sorry” fluisteren, is niet genoeg.