Commentaar: Participatie in mantelzorg loopt stuk op arbeidsparticipatie
Zorgen voor elkaar. Dat is volgens de regering van groot belang. En het moet meer gebeuren dan voorheen. De staat kan immers niet alles. Daarom introduceerde het kabinet bij monde van koning Willem-Alexander de term participatiesamenleving. Dat is een maatschappij waarin mensen actief deelnemen aan activiteiten die het welzijn van medeburgers bevorderen.
Op het eerste gezicht is dit een prachtig streven, dat zeker bij christenen warme gevoelens oproept. Het lijkt erop dat de regering tegen de stroom van verkilling en egoïsme op wil roeien. Dat verdient steun.
Nadere beschouwing leert dat er bij dat streven wel wat vragen zijn te stellen. Die hebben bijvoorbeeld te maken met de oorsprong van deze gedachte. Komt het pleidooi van het kabinet voort uit hartelijke en innerlijke bewogenheid met kwetsbare medeburgers? Dat zou mooi zijn. Maar feit is dat de regering de gedachte van de participatiesamenleving vooral heeft ontwikkeld omdat ze te krap bij kas zat om aan alle verplichtingen op het gebied van sociale zorgverlening te voldoen. Het maakt verschil of het pleiten voor grotere betrokkenheid op de medemens voorkomt uit oprechte naastenliefde of dat geld de generator is.
Tweede is dat de regering wel pleit voor een participatiemaatschappij, maar dat ze weinig doet aan stimulerende regelgeving. Sterker, soms lijkt het erop dat ze met het introduceren van de term het hele probleem van de groeiende vraag naar zorg van haar bord schuift.
Die indruk wordt versterkt door de resultaten van het tweejaarlijks rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) dat vandaag verscheen. Daar wordt geconstateerd dat er vaker op familieleden een beroep zal worden gedaan om mantelzorg aan bejaarde ouders te verlenen. Tegelijk wil de overheid dat de arbeidsparticipatie van vrouwen toeneemt. Wanneer zij er echter bewust voor kiezen om dat niet te doen, dan worden ze –zo bleek deze week weer bij het belastingplan– op geen enkele manier tegemoetgekomen. SCP- woordvoerder Bijl verklaarde vrijdagmorgen in de media dat die grotere arbeidsparticipatie van vrouwen negatieve gevolgen heeft voor vrijwilligerswerk. „Een baan is soms moeilijk te combineren met mantelzorg.”
Van overheidswege wordt op allerlei terrein aangedrongen op actiever participatie van vrijwilligers om taken op het gebied van zorg en culturele vorming uit te voeren. Het SCP waarschuwt dat men zich niet rijk moet rekenen. Het aandeel vrijwilligers ligt nu rond de 45 procent. Daarmee staat Nederland hoog op de ranglijst van Europese landen. „De regering kan wel willen dat dit nog wat hoger wordt, maar ze kan van staatswege geen dienstbevel geven: gij zult vrijwilligerswerk doen.”
Inderdaad, de overheid kan dat niet. Zeker niet als geld de motivatie is. Wie echter put uit de Bijbelse bron hoeft niet gedwongen te worden. Liefde tot de naaste is een Bijbels gebod dat gelovigen van harte en met overtuiging gehoorzamen. Niet zozeer de oplossingsrichting van het kabinet behoeft aanpassing, maar wel de bron.