Bernhardt Edskes voltooide het orgel in 2014. Orgeltechnisch een bijzonder instrument: twee afzonderlijke kassen, links en rechts opgesteld op de orgelgalerij. De ene kas bevat hoofdwerk en positief, de andere kas het pedaal. Het effect van die opstelling is onder andere goed te horen in de e-moll Fuga van Bach, waar het pedaal prachtig zelfstandig in het muzikale lijnenspel klinkt.

Met het bijbehorende Praeludium opent de cd. Meteen wordt het stralende en tegelijk robuuste karakter van dit naar laatbarok voorbeeld gebouwde instrument duidelijk. Afgewisseld door de meisjes uit Roden, die de koralen zingen, speelt De Vries vervolgens enkele Bachbewerkingen over ”Allein Gott in der Höh”. Hier klinkt mooi samenspel van een brede, draagkrachtige begeleiding tegenover een sprankelende Nasat 3’.

Met Mendelssohns Sonate B-dur laat de organist zien dat het instrument breed inzetbaar is. Ook in dit deel prachtige momenten, hoewel Bach dit orgel naar mijn gevoel toch meer op het lijf geschreven is. De meisjes openen de laatste twintig minuten met het eerste couplet van ”Lobet den Herren”. Afgewisseld met improvisaties van De Vries over deze melodie volgen de andere coupletten. De Rodense dames zijn hier soms wat minder koersvast dan in de andere liederen op de cd. De organist haalt zijn hart op: echowerk, gefigu­reerd koraal, fuga, melodie in het pedaal (met een prachtige Schalmey 4’), ragfijn fluitenspel – en nog veel meer. Ook voor de luisteraar is dit een muzikaal feest.

Sietze de Vries en de Roden Girl Choristers – Dübendorf; JSB Records (JSBD300515); € 15,-; bestellen: www.jsbrecords.nl