„Verplicht deradicaliseren is niet zinvol”
DEN HAAG (ANP). Het is niet zinvol om geradicaliseerde personen of teruggekeerde Syriëgangers te verplichten aan een programma mee te doen dat erop is gericht om ze van hun extreme overtuiging af te brengen. Uit onderzoek blijkt dat deze programma’s alleen effectief zijn als de betrokkene openstaat voor verandering.
Dat schrijft minister Ard van der Steur van Veiligheid en Justitie dinsdag aan de Tweede Kamer. SP en GroenLinks hadden onlangs gevraagd of zo’n verplichting mogelijk is. Aanleiding daarvoor waren de terreuraanslagen in Parijs. De minister wijst erop dat er wel „inspanningen” zijn om weigerachtige personen te stimuleren afstand te doen van hun jihadistische denkbeelden en weer mee te doen aan de maatschappij.
De minister is ook niet positief over preventieve hechtenis van jihadisten. Deze maatregel houdt in dat mensen die mogelijk een gevaar vormen voor de maatschappij worden vastgezet, ook als zij nog niets hebben gedaan. Dit past volgens het kabinet niet in een rechtsstaat.
Wel is hij bereid te onderzoeken of op geradicaliseerde lieden intensiever toezicht mogelijk is door een elektronische enkelband. Dan kan de overheid bijvoorbeeld makkelijker controleren of een gebiedsverbod wordt overtreden.
Van der Steur heeft al wel een meldplicht en een gebiedsverbod in de planning in de strijd tegen terrorisme. Hij heeft dit wetsvoorstel dinsdag ingediend bij de Tweede Kamer en hoopt dat dit snel wordt behandeld. Als blijkt dat een enkelband mogelijk is, zal hij dit later toevoegen aan zijn wetsvoorstel.
