Reden voor de eis is dat door oponthoud in België de reistijd op de lijn, die in april 2007 in gebruik moet worden genomen, de eerste drie tot vijf jaar zeventien minuten langer uitvalt dan contractueel is voorzien.

Minister Peijs van Verkeer en Waterstaat is voorlopig niet van zins aan de eis van exploitant HSA toe te geven. Dat liet een woordvoerster van de minister vrijdag weten. Zij wilde niet zeggen hoeveel korting HSA (High Speed Alliance), waarin de Nederlandse Spoorwegen en KLM zitten, bedingt. De afgesproken vergoeding bedraagt 146 miljoen euro per jaar.

Het verwachte oponthoud is deels tijdelijk. De Belgische autoriteiten hebben laten weten dat door uitstel van investeringen tussen Antwerpen en Brussel de reistijd op Belgisch grondgebied tot 2010/12 zeventien minuten langer is dan contractueel is voorzien. Bovendien is de reistijd blijvend acht minuten langer. Dat kan HSA reizigers en dus inkomsten schelen.

De reden voor die structureel langere reistijd is onduidelijk. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat zoekt de zaak uit. De totale reistijd tussen Amsterdam en Parijs met de hsl-zuid zou oorspronkelijk met 58 minuten worden teruggedrongen tot drie uur.

Volgens de Nederlandse Spoorwegen is de reistijd een van de criteria waarop het contract is gestoeld. „Als de reistijd toeneemt, verslechtert onze concurrentiepositie met de auto. Daarom moet de vergoeding naar beneden”, stelde een woordvoerder. Om hoeveel geld het gaat, wilde NS noch KLM zeggen.

Vanuit Brussel wordt niet naar Breda gereden, stelde de NS-zegsman. De Belgische spoorwegmaatschappij NMBS, die toch al hoge schulden heeft, wil die dienst zonder financiële compensatie niet rijden, omdat hij verliesgevend is. De NMBS heeft daarover geen overeenkomst gesloten, de HSA wel. „Maar als de Belgen niet willen meewerken, kunnen wij ook niet rijden”, zei de NS-woordvoerder. Er komt wel „een snelle verbinding tussen de hsl en Den Haag Centraal.”