Banken en AFM gaan in de fout bij rentederivaten
AMSTERDAM. Zowel de grote Nederlandse banken als de Autoriteit Financiële Markten (AFM) zijn verantwoordelijk voor het mislukken van de herbeoordeling van zogeheten rentederivaten. Dat zei minister van Financiën Dijsselbloem vrijdag.
De AFM en de minister lieten vrijdag weten dat er fouten zijn gemaakt, waardoor de onderzoeken opnieuw moeten worden uitgevoerd. Ondernemers aan wie slechte beleggingscontracten zijn verkocht moeten daardoor langer wachten op een eventuele vergoeding.
Dijsselbloem maakt zowel de banken als toezichthouder AFM harde verwijten. „Dit is niet goed gegaan en ik vind dat teleurstellend. Banken hebben hier veel tijd en energie ingestoken. Honderden mensen zijn er anderhalf jaar mee bezig geweest, maar blijkbaar zijn de wettelijke maatstaven niet goed vertaald. Het is voor een groot deel onjuist en onzorgvuldig gebeurd en dat is voor ondernemers niet acceptabel”, aldus de minister in een toelichting.
„Bij het doorploegen van de enorme stapel zijn de verkeerde criteria toegepast”, volgens de minister. De AFM kreeg dat te laat, namelijk zeer recent, in de gaten.
Banken beloofden eerder om voor het einde van het jaar alle zogeheten rentederivaten die aan ruim 17.000 kleine en middelgrote bedrijven zijn verkocht onder de loep te nemen. Die beleggingsproducten zijn bedoeld om renterisico’s af te dekken. Banken hebben bij de verkoop ervan echter vaak een te rooskleurig beeld geschetst van de risico’s, waardoor sommige bedrijven in de problemen zijn gekomen.
Het tekortgeschoten toezicht van de AFM op de afhandeling van de derivatenkwestie blijft niet zonder gevolgen. Een onafhankelijk onderzoek moet uitwijzen welke fouten er bij de toezichthouder zijn gemaakt, terwijl het bestuur van de AFM de leiding heeft genomen van een speciale taskforce voor het derivatendossier. Verder wordt gekeken of externe partijen kunnen worden ingezet om het correcte verloop van de evaluaties bij banken te garanderen.
De geconstateerde fouten zorgden vrijdag voor veel onbegrip in de Tweede Kamer. VVD-Kamerlid De Vries sprak van „een onbegrijpelijke gang van zaken.” Zij voegde daaraan toe: „Bedrijven moeten gewoon krijgen waar ze recht op hebben. Dat is snel duidelijkheid en herstel van fouten. Hoe heeft de AFM dit kunnen missen? De hele gang van zaken bewijst dat het ook de hoogste tijd is om de AFM de bevoegdheid te geven om hardleerse banken met naam en toenaam te gaan noemen.”
PvdA-Kamerlid Nijboer liet weten dat zijn partij het „stuitend” vindt „dat banken weer het eigen belang boven het belang van ondernemers plaatsten.” Nijboer gaat een Kamerdebat aanvragen met Dijsselbloem. De Vries meent dat de minister heel wat heeft uit te leggen.