Halverwege de handelssessie stond de Dow-Jonesindex 0,7 procent lager op 17.614 punten. De S&P 500 daalde 0,8 procent tot 2063 punten en de Nasdaq verloor 1 procent tot 5070 punten.

Yellen zei tegenover een commissie in de Amerikaanse senaat dat de economische groei in de komende twee jaar sterk genoeg zal zijn om de arbeidsmarkt een verdere impuls te geven. Ook vertrouwt ze er op dat de inflatie zal oplopen naar het streefniveau van 2 procent. Een renteverhoging, die bescheiden zal zijn, wordt door beleggers gezien als het einde van het tijdperk van goedkoop geld. De rente staat al sinds eind 2008 op vrijwel 0 procent. Dat was een van de voornaamste aanjagers van de beurskoersen op Wall Street, waar de S&P 500 sindsdien bijvoorbeeld meer dan 150 procent steeg.

De ECB handhaafde de herfinancieringsrente, die banken betalen voor leningen bij de centrale bank, op 0,05 procent en liet ook het bedrag waarvoor maandelijks leningen worden opgekocht ongemoeid, op 60 miljard dollar. De depositorente werd verder verlaagd, van min 0,2 naar min 0,3 procent, waardoor banken nog meer moeten betalen om geld bij de ECB te stallen. Deze laatste maatregel moet de kredietverstrekking in de eurozone aanjagen. Vele marktpartijen rekenden de afgelopen weken op een verdere verlaging van de herfinancieringsrente en een verhoging van het maandbedrag.

Voor vrijdag staat weer een belangrijk item op de rol: het banenrapport van de Amerikaanse overheid. Economen verwachten in doorsnee dat er in november, exclusief de agrarische sector, 200.000 banen zijn gecreëerd in de VS.

De olieprijs liep stevig op in de aanloop naar de vergadering van OPEC op vrijdag. Een vat Amerikaanse olie werd ruim 4 procent duurder op 41,62 dollar per vat. Oliereuzen als ExxonMobil (min 0,8 procent) en Chevron (min 0,2 procent) konden daar echter niet van profiteren.