Commentaar: Bezuinigen op rechtsbijstand heeft ook risico’s
Met alle kritiek die mensen, soms terecht, kunnen hebben op rechterlijke uitspraken en overheidsregels, mogen burgers in ons land dankbaar zijn te leven in een rechtsstaat. Willekeur van ambtenaren en van rechters wordt niet getolereerd. Gelukkig zijn in ons land niet de steekpenningen maar de democratisch vastgestelde wetsregels bepalend voor hetgeen recht en billijk is.
Elke Nederlander die vindt dat hem onrecht is aangedaan, kan zich ook tot de rechter wenden en zich daarbij laten bijstaan door een jurist. Voor burgers die een krappe portemonnee hebben, is er het systeem van rechtsbijstand. Dat betekent dat de overheid de inzet van een jurist subsidieert. Daarmee wordt voorkomen dat alleen mensen met financieel vermogen hun recht kunnen halen.
Positief is dat de overheid niet resoluut wil snijden in de subsidie voor rechtsbijstand. Daardoor zou de toegang tot het recht voor financieel minder draagkrachtigen ernstig belemmerd worden.
Wel probeert het kabinet de kosten voor de rechtshulp in de hand te houden. Daar is ook niets mis mee. Het risico dat deze enorm toenemen moet immers niet worden uitgesloten – zeker niet als wordt gelet op de neiging van burgers om steeds meer claims in te dienen voor zaken die vaak slechts van mineur belang zijn.
Een commissie onder leiding van oud-rechter en oud-burgemeester van Utrecht Wolfsen heeft een advies uitgebracht hoe de kosten in de hand gehouden kunnen worden. Dat kan volgens Wolfsen als er meer maatwerk wordt geleverd bij juridische kwesties. De commissie stelt voor dat aan het begin nadrukkelijker het meest adequate traject wordt vastgesteld, waardoor er niet zonder meer een advocaat behoeft te worden ingeschakeld. Als de adviezen worden opgevolgd, kan 10 tot 20 procent van de kosten voor rechtsbijstand worden bespaard. Op een jaarbedrag van 500 miljoen is dat substantieel.
Niemand zal bezwaar kunnen maken tegen zuinigheid. Mits het verlies niet groter is dan de winst. Dat is ook in dit geval een reëel risico.
De commissie-Wolfsen bepleit dat burgers meer zelf doen. Bepaalde formulieren en verzoekschriften zouden ze zelf kunnen invullen en versturen. Daar is geen dure advocaat voor nodig.
Dat klinkt logisch en is het in veel gevallen ook. Maar tegelijk moet worden bedacht dat er onder de mensen met een krappe portemonnee ook een behoorlijk aantal laag opgeleiden zit. Juist zij hebben nogal eens moeite met het correct afwerken van papieren. Wanneer hun daarbij geen of onvoldoende hulp geboden wordt, vallen deze mensen buiten de boot of –erger– benadelen zij zichzelf door het verkeerd aanleveren van gegevens. Juist deze groep sociaal zwakkeren en laag opgeleiden heeft behoefte aan bijstand van deskundigen.
Zelfredzaamheid van mensen is belangrijk. Kostenbeheer, of mooier: kostenreductie, is zeker gewenst. Maar voorop moet staan dat elke burger ongehinderd toegang heeft tot het recht en zich in voorkomende gevallen moet kunnen laten bijstaan door een jurist. Dat is essentieel voor het behoud van een rechtsstaat.