In de Verenigde Staten woedt een oorlog om Kerst
Moet je je nu druk maken over de buitenkant van een koffiebeker als die schoon is? Uiteindelijk gaat het immers om de kwaliteit van de koffie. Die moet goed zijn. Toch winden conservatieve Amerikaanse christenen zich op over het uiterlijk van de cups van koffiegigant Starbucks. Want de kerstversiering ontbreekt en dat vinden ze schokkend.
Riepen Bijbelgetrouwe christenen in Amerika tien jaar geleden nog dat mensen bij alle kerstdrukte en kerstsfeer niet moesten vergeten te denken aan het Kind van Kerst Zelf, vandaag de dag zijn er die zich juist druk maken om het behoud van de kerstsfeer. Reden? Er is in de VS een sterke lobby om elke herinnering in het openbare leven aan het christelijk karakter van Kerst te elimineren. En de commercie volgt, al wil die nog steeds tegelijkertijd garen spinnen bij de gezelligheid en de sfeer rond het kerstfeest.
In een multiculturele samenleving past volgens deze strijders voor het ontkerstenen van Kerst niet dat één godsdienst extra aandacht krijgt boven andere. Vandaar hun offensief, dat overigens al meer dan tien jaar plaatsheeft. „Nog steeds jengelen kerstklokken en schitteren kerstlichtjes, terwijl we een godsdienstneutraal land hebben”, schrijft de organisatie Americans United for Separation of Church and State. Samen met de American Civil Liberties Union en enkele Joodse organisaties voert ze actie tegen „christelijke symbolen in het publieke leven die strijden met de grondwettelijke scheiding van kerk en staat.” Die scheiding is het tweede argument dat wordt gebruikt, naast de pluriformiteit van de samenleving.
Veteranen
Ieder jaar is het in de weken voorafgaand aan Kerst weer raak. Zo ook dit jaar. De afgelopen anderhalve week is er veel te doen in de plaats Salem in de staat Virginia. De leiding van het lokale ziekenhuis voor veteranen maakte bekend dat er dit jaar geen kerstboom en geen kerstversiering zichtbaar mochten zijn in ruimtes die voor het publiek toegankelijk zijn. Ook kerstmuziek is verboden, behalve in de werkkamers van medewerkers voor zover ze die alleen gebruiken. Alleen versiering die past bij het jaargetijde wordt getolereerd. Zelfs gastsprekers moeten zich aan de regels houden en bijvoorbeeld het woord Kerst of Christus vermijden.
De instructie van de directie van het Salem Veterans Affairs Medical Center zorgde voor veel commotie. Medewerkers protesteerden. Zij voelden zich beknot in hun grondwettelijke vrijheid van godsdienst. Veteranen klaagden dat hun in hun trieste omstandigheden de tekenen van hoop en verwachting werden ontnomen. Ds. John Sines, die regelmatig wijdingen in het ziekenhuis verzorgt, zei niet te weten wat hij moest zeggen als hij de Naam van Christus niet mocht noemen.
Uiteindelijk draaide de directie het besluit grotendeels terug. Na een besloten vergadering met 150 stafmedewerkers werd vorige week vrijdagmiddag bekendgemaakt dat de kerstboom wel weer mocht worden neergezet en versierd, mits er ook een menora (voor de Joden) en een kinara (voor de Afrikanen) kwam.
Met dit compromis verklaarde dr. Miguel LaPuz, directeur van het ziekenhuis, te kunnen leven omdat het naar zijn overtuiging paste binnen de kaders van de bepaling van de staat Virginia dat in publieke ruimtes geen versieringen, standbeelden et cetera mogen zijn die een bepaalde godsdienst bevoordelen boven een andere.
Het incident in Salem staat niet op zichzelf. In de stad Atlanta (Georgia) werd begin deze maand het aansteken van de kerstboom afgelast omdat er niet tijdig symbolische festiviteiten voor andere godsdiensten konden worden georganiseerd.
De actie tegen de kerstsfeer kent ook andere varianten. Twee jaar geleden werd een vereniging in Cheboygan (Michigan) gedwongen de kerststal af te breken omdat die deels op gemeentelijke grond stond. Winkeliers in Buffalo (New York) moesten van de gemeente extra belasting betalen voor de kerstverlichting die vanaf de straat zichtbaar was. Een heilssoldate in de stad Pittsburgh kreeg een boete omdat haar kerstklok te veel lawaai zou maken.
Boycot
Niet alleen van de zijde van de overheid wordt gepoogd de kerstsfeer van zijn christelijke elementen te ontdoen, ook de commercie doet daaraan mee. Meest recente voorbeeld hiervan is het besluit van de populaire koffieketen Starbucks om de bekers niet meer te versieren met kerstsymbolen. Vorige jaren stonden op de buitenkant van de cups nog kerstbomen, kerstklokken en een hertje in de sneeuw getekend. Dit jaar staat op de rode koffiebeker een afbeelding van een Noorse tekening van een zeemeermin.
Het besluit van Starbucks leidde onmiddellijk tot felle protesten van sommige evangelicals. De vroegere televisiedominee Joshua Feuerstein sprak van een haatcampagne. Donald Trump, de miljardair die een gooi doet naar de Republikeinse kandidatuur voor het presidentschap, riep op tot een boycot van de koffieketen. Zijn critici beweren dat hij dat niet deed vanuit overtuiging maar dat hij op deze manier probeert de evangelicale kiezer voor zich te winnen.
Starbucks zelf probeerde de schade te beperken door te stellen dat er op de cups bewust veel ruimte was opengelaten, zodat iedereen zijn eigen kerstwens kon opschrijven. „Een goedkoop praatje om te zaak te sussen”, was de reactie van Feuerstein.
Starbucks is overigens niet de enige onderneming die de christelijke elementen rond Kerst probeert weg te poetsen. Winkelketens als Walmart, Macy’s en Sears doen dat ook. Al in 2005 was in de warenhuizen van Walmart nergens meer het woord ”christmas” te zien. Ook werden melodieën van kerstliederen uit het programma voor de gebruikelijke achtergrondmuziek geweerd. Medewerkers mochten hun klanten niet langer „goede of vrolijke kerstdagen” toewensen. In plaats daarvan moesten ze „fijne vakantie” zeggen.
Zorgwekkend
Niet alle Bijbelgetrouwe christenen in Amerika willen direct spreken van een massieve oorlog tegen Kerst, al zijn er die dat zeker doen. Wel is men unaniem van mening dat de acties een exponent zijn van de opmars van het geseculariseerde denken in de VS.
„Bezwaren tegen een kerstboom of tegen kerstmuziek zijn op het eerste gezicht maar kleinigheden”, zegt kerkhistoricus W. Robert Godfrey van Westminster Seminary California. „Ze raken inderdaad niet de kern van het kerstevangelie. Je kunt dus zeggen: Waar maakt men zich druk om? Maar laten we goed in de gaten hebben dat de strijd tegen kerstgebruiken en -symbolen niet voortkomt uit het verlangen om het kerstevangelie te ontdoen van overbodige franje. Het gaat om het uitwissen van christelijke elementen uit de samenleving. Dat is het zorgwekkende.”
Norman L. Geisler, vooraanstaand apologeet in de Verenigde Staten, deelt die opvatting. „Verzet tegen kerstgebruiken komen voort uit aversie tegen het christelijk geloof dat eeuwenlang een dominante factor is geweest voor onze Amerikaanse samenleving. Je kunt je afvragen wat het uitmaakt dat een verkoopster in een winkel je een „fijne vakantie” toewenst in plaats van „goede kerstdagen.” Maar er zit wel een christenvijandige gedachtegang achter.”
Voor evangelicale christenen heeft die alternatieve wens een nare bijsmaak omdat de musicus Bing Crosby in 1942 de eerste was die er bewust voor koos mensen geen fijne kerstdagen meer toe te wensen. Crosby maakte in dat jaar een opname van het profane kerstlied ”White christmas”. De plaat werd de best verkochte kerstplaat aller tijden. In een interview in hetzelfde jaar verklaarde hij uitdrukkelijk voortaan geen kerstwensen meer uit te spreken omdat hij een hartgrondige afkeer had van het christelijk geloof.
Geisler: „Dat had winkelketens ervan moeten weerhouden om de wens ”prettige kerstdagen” te vervangen door”prettige vakantie”. Ze zeggen dat te doen uit respect voor alle religies, maar ze tonen daarmee juist aan geen respect te hebben voor het christelijk geloof. Anders hadden ze zich wel bedacht zich aan te sluiten bij de gewoonte van Crosby.”
Obama
Conservatieve evangelicalen schrijven het anti-Kerstoffensief vooral toe aan Obama. Zijn pleidooi voor een multiculturele samenleving zou deze campagne stimuleren. Ongetwijfeld zal dat van invloed zijn. Maar de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de strijd tegen kerstgebruiken al eerder is begonnen. Het verbod om billboards met religieus geladen wensen voor de kerstdagen te tonen of om daar kerstversiering aan te brengen stamt al uit 2002, dus zes jaar voor de verkiezing van Obama tot president. Dat betekent dus ook dat de leiding van het veteranenziekenhuis in Salem (Virginia) niet zonder meer verweten kan worden uit persoonlijke motieven te hebben gehandeld toen ze de kerstversiering verbood in ruimtes die voor publiek toegankelijk zijn.
Overigens blijkt uit de jurisprudentie dat de kerstboom van die regel uitgesloten is. In 1989 boog het federale hooggerechtshof zich over de zaak Allegheny. Aanleiding was het plaatsen van een kerststal bij het gerechtsgebouw van Allegheny, een voorstad van Pittsburgh, en een kerstboom en een menora bij de het gemeentehuis van die plaats. Met een stemverhouding van vijf tegen vier bepaalde het hooggerechtshof dat de overheid die kerststal en de menora niet mochten toelaten op openbare grond als een willekeurig burger dat uitlegde als het bevoordelen van een bepaalde godsdienst. Voor de kerstboom lag dat anders. Die mocht wel op openbaar grondgebied staan, zo vonden zes van de negen opperrechters.
In de motivering van de uitspraak schreef opperrechter Harry Blackmun: „De kerstboom is, anders dan de menora, op zichzelf geen religieus symbool, hoewel deze een religieuze connotatie heeft. De kerstboom is tegenwoordig typerend voor een seculiere manier van het vieren van Kerst.” Op grond van deze uitspraak had de leiding van het ziekenhuis in Salem de kerstboom juist weer moeten toestaan.
Evangelie
Godfrey noemt de jurisprudentie dan ook verwarrend. „Vonnissen en verordeningen spreken elkaar tegen. Dat biedt de antichristelijke lobby juist ruimte om zijn strijd te voeren.”
De kerkhistoricus uit Californië onderstreept wel één zin uit de toelichting op het vonnis. „De kerstboom past meer bij een seculiere manier van kerstviering dan bij een christelijke. Dat moeten we niet vergeten. Ik ben niet tegen sfeer bij Kerst. Laten we in deze kille samenleving niet uit het oog verliezen dat het heel waardevol is als families tijdens Kerst bij elkaar zijn. Dat is een groot goed. Wanneer je dan een kerstboom neerzet om de sfeer te vergroten, heb ik daar geen moeite mee. Maar uiteindelijk gaat het met Kerst om het grote wonder dat een Kind is geboren om vrede en verzoening te brengen. Dat moet blijven klinken. Als de kerstboom verdwijnt is dat jammer. Maar als we het Evangelie van Kerst niet meer mogen brengen, dan is er pas echt een probleem.”