Overheid die informatie deelt, komt verder
’s-GRAVENZANDE. Het was een vreemde vrouw, de inwoner van Oranje die vorige maand onderuitging toen ze de auto van staatssecretaris Dijkhoff wilde blokkeren na het nieuws dat nog eens 700 vluchtelingen naar het kleine Drentse dorpje zouden komen. Tenminste, dat zullen veel mensen gedacht hebben. Freelancejournalist Brenno de Winter ziet het anders: „Ik zie een vrouw die niet welbespraakt is en het gewoon allemaal even niet meer weet.”
De Winter was vrijdag in ’s-Gravenzande dagvoorzitter van een conferentie van griffiers, ict’ers, raadsleden, wethouders en ambtenaren. De vraag van iedereen was: kan het openbaar maken van overheidsinformatie ons helpen om beter om te gaan met onze inwoners? En hoe dan?
Minder ophef
Staatssecretaris Dijkhoff werd in Oranje verweten dat hij het dorp eenzijdig zijn wil oplegde. Die opstelling is exemplarisch voor de houding van de overheid tegenover haar burgers, meent De Winter. „De overheid houdt informatie voor zichzelf en legt inwoners dingen op. De staatssecretaris had moeten toegeven dat hij niet op de hoogte was van de afspraak dat er maximaal 700 vluchtelingen naar Oranje zouden komen. En vervolgens had hij uit moeten leggen dat hij met een probleem zat. Ik sluit niet uit dat er dan minder ophef zou zijn geweest.”
De onderzoeksjournalist die de OV-chipkaart kraakte en door de Volkskrant betiteld is als „de Nederlandse Edward Snowden”, bepleit een „horizontale samenleving” waarin overheid en burger op gelijke voet staan en dezelfde informatie hebben.
De Zoetermeerse wethouder Paalvast is dat met hem eens: „Mensen nemen het niet meer als je hun pas vertelt dat de bomen in hun straat worden omgezaagd wanneer je dat hebt besloten. Ze willen al vanaf het eerste moment daarbij worden betrokken.”
Moet een overheid dan alles maar online zetten? Verschillende deskundigen neigen daar wel naar. De samenleving bestaat uit twitterende, appende en facebookende mensen, constateert De Winter. „Als de overheid niets doet, gaan mensen zich steeds meer buiten de overheid om organiseren. Tijdens de EU-verkiezingen van mei vorig jaar zagen we dat al. Mensen moesten een aantal dagen op de uitslagen wachten en namen dat niet. Ze organiseerden hun eigen methode om een uitslag te krijgen.”
Vrij toegankelijke informatie gaat volgens Mireille van Eechoud, hoogleraar informatierecht aan de Universiteit van Amsterdam, „over het publiceren van gegevens die iedereen gratis kan gebruiken.” „Dat kan ons helpen het vertrouwen van de burger terug te winnen”, stelt SP-senator Gerkens. „Hoe opener je bent, hoe minder weerstand je krijgt vanuit de maatschappij.”
Dat betwist Van Eechoud. „In Utrecht is onderzocht hoe studenten aankijken tegen een website van een gemeente. De website waarop de meeste details stonden, kreeg niet de meeste bijval, maar juist de meeste kritiek.”
Snellere paarden
Echte vernieuwing komt nooit van de overheid, maar van commerciële marktpartijen, denkt wethouder Paalvast. „De beroemde autobouwer Henry Ford zei ooit: „Als ik aan mensen gevraagd had wat ze verlangden, hadden ze gezegd dat ze snellere paarden wilden.” Als overheid moeten we alle gegevens, behalve persoonsgegevens, online zetten. Dan komen bedrijven en burgers vanzelf met goede ideeën.”