Opnieuw anonieme brief in zaak Pim Overzier
Opnieuw is er een anonieme brief opgedoken in de strafzaak tegen de 59–jarige H.H. uit Bennekom, die wordt verdacht van de moord op Pim Overzier. Het slachtoffer verdween in december 2001 na een blind date. Twee maanden later werd zijn lichaam gevonden in een graf nabij Dronten. De anonieme briefschrijver stuurde kopieën van zijn brief naar Peter R. de Vries en advocaat A. Moszkowicz. Dat bleek donderdag bij de hervatting van het proces in hoger beroep voor het gerechtshof in Arnhem.
Het is de derde anonieme brief die in deze moordzaak is verstuurd. In november stuurde een anonieme briefschrijver een brief naar het hof en de advocaat. Volgens advocaat–generaal G. de Haas heeft het Nederlands Forensisch Instituut NFI vastgesteld dat DNA op deze brief afkomstig is van een vrouw.
Tijdens de zitting werd niet nader ingaan op de inhoud van de drie brieven, maar werd wel duidelijk dat deze mogelijk ontlastend materiaal bevatten voor de verdachte. De eerste anonieme brief is al in april 2002 naar het OM gestuurd en pas recent aan het dossier toegevoegd. Deze zal, net als de meest recente brief, worden onderzocht door het NFI.
De rechtbank in Zutphen veroordeelde H. in februari tot een gevangenisstraf van twintig jaar. De man zou uit jaloezie Pim Overzier hebben vermoord, omdat deze verliefd zou zijn geweest op H’s twintig jaar jongere vriendin. In de auto van H. werd later een schop met klei met daarop een klein bloedspatje gevonden.
H., die opnieuw ruim de gelegenheid kreeg zijn visie te geven, ontkent iedere betrokkenheid. Hij zei dat hij geen jaloers man is en daarom geen enkele motief zou hebben gehad Pim Overzier te doden. Zowel hij als zijn advocaat A. van Voorthuizen uitten felle kritiek op de rechters en griffier die zijn strafzaak behandelen. Ook de politie en een eerder ingeschakelde psycholoog zouden bevooroordeeld te werk zijn gegaan. De politie zou verdachten suggestief hebben benaderd of zelfs hebben gemanipuleerd.
Volgens zijn advocaat komt de positie van H. door deze drie anonieme brieven in een heel ander daglicht te staan. „Er is geen bewijs, er zijn alleen verdachtmakingen en de doodsoorzaak van Pim Overzier is nooit vastgesteld", zei hij. Maar zijn verzoek om de voorlopige hechtenis van H. te schorsen, werd door het hof opnieuw afgewezen.
Omdat het onderzoek naar de anonieme brieven nog niet is voltooid, heeft het hof de strafzaak aangehouden tot 28 juni.