De afdeling spoedeisende hulp neemt 36 procent van het aantal incidenten voor haar rekening. De afdeling is daarmee koploper, gevolgd door de afdeling psychiatrie (16 procent). Uitgesplitst naar personen zijn de slachtoffers met name te vinden onder het verplegend personeel (43 procent), gevolgd door beveiligingsmedewerkers (18 procent) en bezoekers (16 procent).

Aan de inventarisatie van het ZIR deden vijftien ziekenhuizen mee. In de periode van 1 januari 2003 tot 1 maart 2004 registreerden deze ziekenhuizen 409 incidenten. Daarbij werden 427 mensen het slachtoffer van agressie.

Bij de 409 geregistreerde incidenten ging het voor ruim 30 procent om bedreigingen, voor 19,7 procent om fysiek geweld en voor ongeveer de helft om verbaal geweld. In 2,7 procent van de gevallen trad letsel op waarvoor een medische behandeling noodzakelijk was. Bijna de helft van het aantal incidenten wordt veroorzaakt door bezoekers.

Volgens het project Veiligezorg, waarvan het ZIR een deelproject vormt, behoort de politie te worden gewaarschuwd zodra het ziekenhuis na een incident de veroorzaker waarschuwt of de toegang ontzegt. Volgens de ZIR kwam de politie bij de vijftien geregistreerde ontzeggingen inderdaad in actie. Bij negen van de twaalf waarschuwingen bleef actie door de politie opvallend genoeg uit.

De manifestatie was vooral bedoeld om ziekenhuisdirecties te motiveren tot deelname aan het project Veiligezorg. Hun deelname moet bijdragen aan het verminderen van de psychosociale belasting van werknemers en het terugdringen van het ziekteverzuim.