Buitenland

Kaarsjes branden tegen de angst

PARIJS. In Parijs heeft het gewone leven zich maandag weer hernomen: mensen gingen naar hun werk, de kinderen naar school. Maar wat heet gewoon? „We zijn in oorlog”, maakte president François Hollande onomwonden duidelijk. En de Franse reactie tegenover de vijand zal „mee­dogenloos” zijn, beloofde hij.

Mark Wallet
17 November 2015 11:41Gewijzigd op 15 November 2020 23:24
Beeld AFP
Beeld AFP

Het is oorlog, en dat betekent onder meer dat in Frankrijk een ‘permanente’ noodtoestand van kracht is. Een van de maatregelen die daaruit voortvloeien, is dat er geen massale bijeenkomsten mogen worden gehouden.

Er zijn dus ook geen protestmarsen, zoals na de aanslagen in de Franse hoofdstad op het tijdschrift Charlie Hebdo en een Joodse supermarkt in januari. „We zouden dat wel willen”, zegt een Parijzenaar. „We willen ons uiten, we kunnen niet binnen blijven zitten.” Maar de regering is bang dat grootschalige bijeenkomsten gemakkelijke doelwitten voor nieuwe aanslagen zullen zijn.

Toch kruipt het bloed waar het niet gaan kan. De Place de la République is de centrale plek geworden waar Fransen hun medeleven met de slachtoffers kunnen tonen en hun emoties en frustraties kunnen uiten. Het vervulde die functie ook al in januari.

Vermaningen van de politie aan de mensen om niet te veel samen te klitten, worden in de wind geslagen. Toen er zondagavond een luide knal klonk, sloeg even de paniek toe op het plein. De politie stormde met getrokken geweer het plein op en riep: „Wegwezen!” De spanning hangt in de lucht, maar het jaagt mensen niet terug in hun huizen. Ook maandagmiddag waren weer tientallen mensen op het plein bijeengekomen.

Stilte (of niet)

Rond het monument, waar de slogans rond Charlie Hebdo nog herinneren aan de vorige terreurgolf, zijn vele honderden kaarsen aangestoken en liggen brieven, bloemen, kaarten en slogans. ”Zelfs geen angst”, schreeuwt een groot spandoek dat aan de zuil is gehangen. De tekst vormt het decor voor de reportages van vele televisiestations van over de hele wereld.

Veel kaarten en teksten roepen op tot vrede en vrijheid, maar tussen de bloemen en kaarsen staat ook een wit karton, dat met grote rode letters een dringende oproep doet: ”Parijs, kies het leven!!!” Onder de tekst staan verwijzingen naar Johannes 14:6 en 3:16.

Aan de andere kant van het monument klinkt een andere boodschap: op een A4’tje staat in grote letters ”God bestaat niet”, met daaronder een afbeelding van een terrorist die met het wapen in de aanslag repliceert: „Jawel!” Weer een andere tekst: ”Niet in naam van mijn religie, jullie slechte mensen!” Met drie strepen onder het woord ”slechte”.

Op het plein delen jongeren van tijd tot tijd omhelzingen uit aan wie maar wil. Het is een gebaar van hoop op een wereld waarin liefde het wint van de haat, geven ze aan. Hun actie is een succes: velen gaan erop in.

Het plein is, samen met de plaatsen waar de aanslagen plaatsvonden, een plek waar Parijs rouwt en herdenkt. Maandagmiddag om 12.00 uur namen samengestroomde Fransen er één minuut stilte in acht. In andere delen van de hoofdstad ging het moment echter volstrekt onopgemerkt voorbij. Zelfs veel bussen reden door, hoewel was afgesproken dat ze halt zouden houden.

De obers in de vele restaurants rond station Gare du Nord serveerden gewoon hun gerechten uit, mensen praatten door en nipten aan hun koffie. Op en rond het station was het even druk als anders. En toen was het opeens alweer vijf over twaalf.

Op de Franse scholen was het in ieder geval wel stil, althans dat was uitdrukkelijk de bedoeling. Omdat een fors aantal scholen het bij de minuut stilte na de aanslag op Charlie Hebdo in januari had laten afweten, had minister van Onderwijs Najat Vallaud-Belkacem het belang ervan extra benadrukt. De oproep tot stilte ging gepaard met „pedagogische richtlijnen” voor het moment.

„Voor de allerkleinsten kan de minuut stilte traumatisch zijn”, stelde het ministerie onder meer. „Daarom is er enige manoeuvreerruimte gelaten voor de onderwijzers.” Voor wat betreft de oudere kinderen werd er dringend opgeroepen om het gesprek aan te gaan over de aanslagen.

Vooral in de banlieus, de voorsteden, gaf het stiltemoment na de aanslag op Charlie Hebdo aanleiding tot onrust. Sommige leerlingen weigerden toen stil te zijn. Het leidde tot behoorlijke spanningen. Enkele scholen vreesden deze onrust nu opnieuw.

Journalisten werden bij de gesprekken van maandag niet toegelaten, maar leraren wilden na afloop wel wat kwijt over het verloop. „Na de aanslag op Charlie Hebdo werd de minuut stilte slecht in acht genomen”, stelde leraar Engels Abdoulaye van een lyceum in de Parijse voorstad Seine-Saint-Denis dinsdag in de krant Libération. „Er bestond weerstand om een vorm van respect te tonen tegenover de slacht­offers van Charlie.” Maandag was de sfeer totaal anders: „In de klas was het volkomen stil”, zegt hij. „Leerlingen wilden vooral weten waarom dit was gebeurd.”

Op een andere school in dezelfde wijk, vlak bij het Parijse stadion dat vrijdag door een aanslag werd getroffen, omschreef een lerares de gesprekken als „zwaar.” „De leerlingen waren heel angstig, meerderen barstten in de klas in huilen uit. Verschillende leerlingen vertelden dat hun broer of vader ook bij de voetbalwedstrijd was, of dat ze de schoten hadden gehoord.” Een leerling vroeg: „Mevrouw, ik ben moslim, moet ik straks ook een enkelband gaan dragen?” Een ander, refererend aan de Franse aanvallen op IS-bolwerk Raqqa: „Kunnen de Syriërs ons nu ook gaan bombarderen?”

Hoop

Intussen klinken er steeds meer getuigenverslagen van de gebeurtenissen van vrijdag en krijgen de omgekomen slachtoffers een gezicht: onder hen zijn veel jonge mensen, vaders, moeders.

De eigenaar van La Belle Equipe, waar negentien mensen de dood vonden, zei tegenover Franse media hoe zijn vrouw in zijn armen stierf. Hij verzekerde haar van zijn liefde en beloofde goed te zorgen voor hun dochtertje.

„Dit is een plaats vol leven, deze kleine plek”, zei eigenaar, Grégory Reibenberg. Hij is vast besloten om dat er weer van te maken. „Natuurlijk denken we aan de doden. Ze zijn altijd hier. Dat gaat nooit meer weg”, zei hij. Wat hem betreft wordt het restaurant echter een plek vol mooie herinneringen aan zijn vrouw en de andere „mooie mensen” die werden doodgeschoten.

Bij de heropening moet het lied ”What a Wonderful World” klinken. „Niet vandaag, maar morgen. Morgen betekent hoop”, verduidelijkte een vriend van Reibenberg.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer