Dat zegt Senaatsvoorzitter Broekers-Knol in een interview in het dinsdag verschenen Jaarboek Parlementaire Geschiedenis.

De staatscommissie was een idee van toenmalig VVD-fractievoorzitter Hermans, die twee weken geleden uit de Eerste Kamer vertrok. Een jaar geleden bepleitte hij tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen in de Senaat, uit onvrede over de zijns inziens te politieke rol van de Eerste Kamer, zo’n commissie.

Premier Rutte zei toen dat het kabinet bereid was om mee te denken over het instellen van zo’n commissie, zij het dat die voor hem geen prioriteit had.

Uit de woorden van Broekers in het jaarboek valt op te maken dat het plan een vroege dood is gestorven.

„Ik vraag me af of de staats­commissie er op korte termijn komt. Er is tijdens dat debat geen motie ingediend die de instelling van een staatscommissie vastlegde. Dat was niet voor niets, ik denk dat er geen meerderheid voor was geweest.”

Broekers vertelt verder dat zij tegen­woordig, net als de voor­zitter van de Tweede Kamer en de vicepresident van de Raad van State, twee keer per jaar een gesprek met de koning heeft. „Dat zijn geen gesprekken over koetjes en kalfjes, maar over actuele inhoudelijke politieke zaken.”

Die gesprekken zijn tot stand gekomen nadat de Tweede Kamer in 2012 een einde maakte aan de rol van de vorst bij kabinetsformaties.