AB InBev bracht deze week een formeel bod van omgerekend 100 miljard euro uit op SABMiller, Het moederbedrijf van Grolsch. Bijna driekwart van dat bedrag moet met leningen bijeen worden gebracht. Daardoor neemt de schuld van de onderneming fors toe.

Om die reden beschouwt S&P langlopende leningen van AB InBev voorlopig als een iets riskantere investering. Met een rapport cijfer van A-, een stapje lager dan voorheen, acht de firma het risico dat investeerders lopen in schuldpapier van het bierconcern echter nog altijd zeer klein.

Bovendien voorziet S&P dat het fusiebedrijf genoeg gaat verdienen om de schuld redelijk snel af te bouwen. Daarbij wijst de kredietbeoordelaar er ook op dat de activiteiten van de twee brouwers goed op elkaar aansluiten en zorgen voor een sterke geografische spreiding. Daarnaast weet AB InBev doorgaans snel te profiteren van overnames.

Door de bierfusie ontstaat met afstand de grootste brouwer te wereld. De huidige nummer drie Heineken een plekje op, maar ziet de achterstand op de marktleider wel heel groot worden. De deal moet overigens nog worden goedgekeurd door toezichthouders. Dat gaat naar verwachting lang niet overal zonder slag of stoot.