Opinie

Commentaar: CDA bleef zuinigjes met eerherstel voor Aantjes

Soms moet iemand eerst overleden zijn, wil zijn omgeving hardop zeggen dat men hem anders had moeten behandelen. Dat is wrang. Degene die is heengegaan heeft er niets meer aan; zijn nabestaanden krijgen weliswaar genoegdoening maar die is altijd vermengd met bitterheid omdat ze weten van de pijn die hun gestorven dierbare heeft geleden.

Hoofdredactioneel commentaar
9 November 2015 15:45Gewijzigd op 15 November 2020 23:12
CDA-voorzitter Ruth Peetoom. Beeld ANP
CDA-voorzitter Ruth Peetoom. Beeld ANP

Dat gevoel blijft toch wel over na de herdenkingsrede voor Willem Aantjes van CDA-voorzitter Peetom afgelopen zaterdag op het partijcongres. De voor­malige fractievoorzitter van de ARP heeft de rest van zijn leven „de last van een onschuldig verleden met zich mee moeten dragen”, zo constateerde Peetoom. Een terugkeer van Aantjes in de politie was volgens haar binnen het CDA te beladen.

Aantjes moest in 1978 aftreden nadat oorlogsonderzoeker dr. L. de Jong verklaarde dat hij tijdens de oorlog lid was geweest van de Waffen-SS. Later bleek dat niet zo te zijn. Aantjes had zich aangesloten bij de Germaansche SS in een poging vanuit Duitsland weer naar Nederland te kunnen terugkeren. Omdat hij weigerde door de Duitsers ingezet te worden bij de Landstorm (een onderdeel van de Waffen-SS) werd hij gedetineerd in het kamp Port Natal. Van oorlogsmisdaden of van landverraad was geen sprake.

Mede door de scherpe toonzetting die dr. L. de Jong tijdens een persconferentie koos, keerde de publieke opinie zich in één klap tegen Aantjes. Hij zag zich gedwongen af te treden. Later bleek dat De Jong te snel en te hard had geconcludeerd. In 2001 heeft hij dat ook deels toegegeven.

Het is onmiskenbaar dat Aantjes zelf in de hele zaak uiterst onhandig heeft gemanoeuvreerd. Zijn oorlogsverleden probeerde hij te verbergen. Het was beter geweest als hij in een veel vroeger stadium zijn fouten had toegegeven. Waarschijnlijk uit angst dat zijn politieke ambities gevaar liepen, deed hij dat niet.

Maar de fouten van De Jong en van politiek en media waren er ook. Er waren in Den Haag en daarbuiten mensen voor wie de affaire om andere redenen goed uitkwam. Aantjes was binnen zijn partij tamelijk progressief. Die koers beviel niet iedereen. Het kwam zijn opponenten goed uit dat ze op deze manier van hem af konden.

Toen een onderzoekscommissie had vastgesteld dat de beschuldigingen tegen Aantjes ongegrond waren, toonde het CDA zich opgetogen. CDA-leider Lubbers zei dat Aantjes weliswaar fouten had gemaakt, maar het rapport van De Jong had de plank op essentiële punten misgeslagen.

Aan die conclusie werd echter geen rehabilitatie verbonden. Pogingen daartoe werden steeds afgeslagen met het argument dat Aantjes toch wel zijn invloed kon uitoefenen als lid van de partij.

Ongetwijfeld zal de eigenzinnigheid van Aantjes daarbij ook een rol hebben gespeeld. Maar daarmee is de zuinige koers die de partij in dezen koos niet gerechtvaardigd. Het oordeel van mensen over degenen die fouten hebben gemaakt, is vaak spijkerhard. Niet voor niets zegt een Joodse wijsheid: God kan mensen wellicht iets vergeven, maar de wereld is onvermurwbaar. Postuum waardering uitspreken is mooi, maar feitelijk te laat.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer