Duitsland worstelt met ‘bedrijfsmatige’ stervenshulp
BERLIJN (ANP). ‘Bedrijfsmatige’ hulp bij sterven is in Duitsland in de toekomst verboden. Daartoe heeft de Bondsdag vrijdag na een emotioneel debat in meerderheid besloten. Verenigingen, bedrijven of personen mogen stervenshulp niet langer als dienst aanbieden.
Krijgt een doodzieke stervende kankerpatiënt via ‘bedrijfsmatige’ weg de beschikking over een dosis dodelijke medicamenten, dan kan er een maximale straf van drie jaar gevangenis opgelegd worden aan de persoon die ze geleverd heeft. Van de 602 vrijdag uitgebrachte stemmen waren 360 voor het wetsvoorstel, 233 parlementariërs stemden tegen.
Tegenstanders van de wet waarschuwen dat de nieuwe regels het voor artsen volstrekt onduidelijk maken of ze stervenshulp mogen bieden of niet. „We willen niet dat er aan het sterfbed openbaar aanklagers staan, maar artsen en familieleden”, stelde vicevoorzitter van de Bondsdag, Peter Hintze, vrijdag. Ook het zelfbeschikkingsrecht van de patiënt wordt aangetast, zeggen ze.
Mede-initiatiefnemer Michael Brand (CDU) stelt daarentegen dat de wet noodzakelijk is om te voorkomen dat mensen onder dwang hun leven beëindigen. „Ons wetsontwerp bevat geen criminalisering van artsen.” Alternatieven als een verbod op het bieden van stervenshulp door organisaties of personen die handelen uit winstbejag, haalden het vrijdag niet.
De verwachting is dat het Duitse Constitutionele Hof zich zal moeten uitlaten over wat er precies moet worden verstaan onder de term ‘bedrijfsmatig’ die in het wetsartikel is opgenomen.