Economie

Dier is meer dan een productiemiddel

Landbouwkundige is hij niet, en ook geen voedingsspecialist. Maar de econoom en ethicus Johan Graafland aarzelt niet om in zijn nieuwste boek een lans te breken voor biologisch vlees of liever nog –omdat God het bij de schepping zo bedoeld heeft– een vegetarisch menu.

Tiemen Roos

5 November 2015 19:32Gewijzigd op 15 November 2020 23:07
beeld RD, Henk Visscher
beeld RD, Henk Visscher

En God schiep. Over dieren en rentmeesterschap. Het is de titel van de jongste pennenvrucht van de Tilburgse hoogleraar prof. Johan Graafland. Het boekje, onlangs verschenen in de Artiosreeks van de Gereformeerde Bond, verwoordt volgens uitgever Jongbloed een Bijbelse visie op de plaats van dieren in het geheel van de schepping.

Wie zich verdiept in het Bijbelse spreken over dieren, komt tot de verrassende ontdekking dat de Heilige Schrift ook de bescherming van het dier rekent tot de opdracht van de mens om zorg te dragen voor de schepping, schrijft Graafland in het woord vooraf. Na een beschouwing over de ethiek van de omgang met dieren gaat hij uitgebreid in op de plaats van dieren in de Bijbel. Ten slotte volgt er een toepassing op de moderne veehouderij.

U denkt in uw boek onder meer na over de vraag of dieren rechten hebben. Wat is uw conclusie?

„Met de term dierenrechten moet je zorgvuldig zijn. In ieder geval zijn rechten van dieren altijd relatief, nooit absoluut. Je moet ze afwegen ten opzichte van de rechten van mensen. Intussen vind ik het heel sprekend dat de Bijbel in zo veel teksten spreekt over de zorg voor dieren. De veehouderij zal recht moeten doen aan de notie dat dieren door God zijn geschapen met een intrinsieke waarde. In het verleden werden dieren louter als productiemiddel gezien. Dat heeft veel dierenleed veroorzaakt.”

God heeft de dieren geschapen tot Zijn eer. Vanuit dat uitgangspunt breekt u een lans voor aandacht voor biodiversiteit en het leven van dieren. Hoe verhoudt zich dat tot de vloek over de schepping na de zondeval?

„In de Bijbel zie je twee lijnen. Aan de ene kant is er de realiteit van de gebrokenheid van de schepping. In deze werkelijkheid is het moeilijk om helemaal geen dieren te doden. God geeft aan Noach na de zondvloed toestemming om dieren te eten. Ik verbind dat met de boosheid van de mens. De vloek op de zonde van de mens heeft consequenties voor het dierenleven. Daarin onderscheidt mijn boek zich van de ideeën van dierenactivisten.

Aan de andere kant ontslaat dit mensen niet van hun verantwoordelijkheid. In het Oude Testament zien we geboden voor de omgang met dieren, in het Nieuwe Testament is er de waarschuwing dat je niet onverschillig mag staan tegenover het kwade als je je door Christus verlost mag weten.”

Christenen staan niet bekend als de grootste dierenliefhebbers, schrijft u. Legt u dat eens uit?

„De Amerikaanse historicus Lynn White heeft in 1967 beweerd dat het verwaarlozen van dierenwelzijn te maken heeft met de joods-christelijke achtergrond van onze cultuur. Hij legde een verband met de opdracht van God aan de mens om te heersen over de schepping. Ik schrijf in mijn boekje dat de situatie intussen wel verbeterd is, maar het valt wel op dat dierenrechtenactivisten vaak uit niet-gelovige hoek komen. Zelf heb ik ook de indruk dat reformatorische en evangelische christenen niet zo gevoelig zijn voor het onderwerp dierenwelzijn. Ik heb bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar hun houding tegenover sociaal verantwoorde producten, zoals biologisch vlees, vrije-uitloopeieren en fairtradeproducten. Het bleek dat behoudende christenen minder positief tegen zulke producten aankijken dan progressieve protestanten, rooms-katholieken en niet-gelovigen. Ze voelen minder een morele drang om ze te kopen, zijn kritischer op de prijs. Dat zie je terug in hun koopgedrag. Mijn conclusie is dat dierenwelzijn minder aandacht heeft van behoudende christenen.”

Wat moeten onze boeren met zo’n uitspraak?

„Ik vind dat veehouders verantwoordelijk zijn voor het welzijn van hun dieren. Tegelijk besef ik dat ze afhankelijk zijn van de markt. Dat is een dilemma.”

Boeren zeggen vaak: Ik wil wel diervriendelijker werken, maar dan moet mijn product ook beter betaald worden.

„Ja, dat erken ik. De verantwoordelijkheid ligt vooral bij de consument. Maar kijk wel naar de mogelijkheden die er zijn. Ik denk aan innovatieve technieken, zoals de rondeelstal (een nieuw staltype voor legkippen dat de voordelen van een uitloop combineert met een goede klimaatbeheersing, TR). Bij eieren is er sowieso al een markt voor diervriendelijkere producten. Bij vlees is dat moeilijker, de markt voor biologisch vlees is klein maar groeit wel. Een echte doorbraak komt er pas als een omschakeling branchebreed wordt opgepakt, of als de overheid de wetgeving aanscherpt.”

De Nederlandse veehouderij is sterk op de export ingesteld. In veel landen speelt dierenwelzijn minder dan in Europa. Andersom mogen bijvoorbeeld Oekraïense batterijeieren vrij Europa binnen.

„Dat probleem moet op een hoger niveau worden aangepakt. Ik kan me voorstellen dat de landbouworganisaties druk uitoefenen om op Europees niveau het dierenwelzijn te bevorderen.”

In uw boek gebruikt u termen als ”megastallen” en ”productiehallen” als het over de veehouderij gaat. Wat vindt u eigenlijk van de gangbare veehouderij in Nederland?

„Ik wil vooropstellen dat de situatie in Europa, en in Nederland in het bijzonder, beter is dan in de wereld in het algemeen. Ik geef daar in mijn boekje voorbeelden van. Maar ik ben geen agrarisch specialist en het accent van het boek ligt daarom op de Bijbelse visie op dieren en rentmeesterschap. Aan het hoofdstuk over de veehouderij heb ik mijn dochter mee laten schrijven, die in Wageningen studeert en meer op de hoogte is van de wetenschappelijke bevindingen op het gebied van de veehouderij.”

U blijkt gecharmeerd van de biologische landbouw. Maar u signaleert ook dat die een veel groter beslag op grond legt dan de gangbare landbouw. Is de biologische landbouw in staat de groeiende wereldbevolking te voeden?

„Na het schrijven van mijn boek heb ik bedacht dat de voedings­industrie veel meer moet inzetten op innovatie. Stel dat consumenten een marktbeweging in gang kunnen zetten waarin de vraag naar gangbaar vlees zou dalen. Dan gaat de prijs van vlees dat wel aan dierenwelzijnseisen voldoet, omhoog. Ook wordt het dan aantrekkelijker om vleesvervangende producten te ontwikkelen.”

Vegetarisch poneert u min of meer als door God bedoeld, op grond van de situatie in het paradijs en het ”eschatologische ideaal” uit Jesaja 11. Hoe verhoudt zich dat tot de zogeheten essentiële aminozuren, die ons lichaam toch alleen uit vlees kan halen?

„Het is inderdaad opvallend dat God in Genesis 1 het zaaddragend gewas en de vruchten van bomen als voedselbronnen voor de mens aanwijst, en aan dieren het groene kruid. Voor zover ik weet is een vegetarisch dieet niet schadelijk voor de gezondheid en dat is in het licht van Genesis 1 ook niet te verwachten. Wat wel schadelijk is, is veganisme. Dat betekent dat iemand helemaal geen producten gebruikt die van dieren komen, dus bijvoorbeeld ook geen melk of honing. Te veel vlees eten is trouwens ook schadelijk. Maar ik ben geen voedingsspecialist.”

Bent u zelf vegetariër?

„Nee, ik houd het op een matig vleesgebruik. Maar wij kopen ons vlees wel bij de biologische slager.”

Dieren eten elkaar ook op. U acht het in uw boek waarschijnlijk dat de natuurlijke dood van dieren bij de schepping hoort zoals God die bedoeld heeft. Kunt u dat toelichten?

„Het is heel lastig om daar met zekerheid iets over te zeggen, maar ik denk dat dieren niet geschapen zijn met het oog op een eeuwig leven. Het gaat eerder om het in stand houden van een diersoort dan van het individuele dier. Er zijn wel teksten in de Bijbel over dieren die in de toekomst in vrede met elkaar leven, Jesaja 11 bijvoorbeeld. God is Schepper. Hij kan een nieuwe werkelijkheid scheppen waarin de leeuw geen roofdier meer is.”


Boekgegevens

En God schiep. Over dieren en rentmeesterschap, Johan Graafland; 
uitg. Royal Jongbloed, Heerenveen, 2015; ISBN 978 90 8897 118 1; 206 blz.; € 12,50.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer