Dat blijkt uit een deze week verschenen studie van het sociaal-wetenschappelijk instituut van de Evangelische Kerk in Duitsland (EKD), het grootste protestantse kerkgenootschap van het land. Het onderzoek werd uitgevoerd onder ruim duizend mensen in de kerkregio Lichtenberg-Oberspree (in Oost-Berlijn en Brandenburg).

Uit de studie blijkt dat ruim een kwart (27,5 procent) van de buitenkerkelijken zegt dat geloofsvragen voor hen geen enkele betekenis hebben. Ongeveer een op de tien mensen gelooft wel in het bestaan van een „hogere macht.” Eenzelfde aantal noemt zich „tenminste een beetje religieus.”

Driekwart van de buitenkerkelijken heeft weleens contact gehad met een plaatselijke gemeente. Vier op de tien mensen hebben ooit een kerkgebouw bezichtigd; een derde sprak na afloop van een doop-, trouw- of begrafenisdienst met een predikant. Ruim een kwart van de ondervraagden bezocht eens een kerkdienst op kerstavond. Zo’n 44 procent zegt een goede indruk van de EKD te hebben gekregen.

In de studie komt ook naar voren dat iets meer dan 10 procent van de ondervraagden weleens contact heeft met de plaatselijke christelijke gemeente. Bijna zeven op de tien buitenkerkelijken weten echter niets van de kerk in hun buurt. Ruim de helft van hen heeft „zeker” geen behoefte aan contact.