Ook IAG werd flink geholpen door wisselkoerseffecten. Tickets waarvoor klanten in dollars afrekenden, brachten na omrekening in euro’s veel meer omzet in het laatje. Bij gelijke valutakoersen zou juist sprake zijn geweest van een daling van de opbrengsten per ticket. Dat komt door de zware concurrentie in de luchtvaartbranche.

Topman Willie Walsh zei dat de omzet wel een „betere trend” liet zien dan in het tweede kwartaal. Hij stelde tevreden vast dat alle luchtvaartmaatschappijen binnen de groep een positieve bijdrage hebben geleverd, inclusief het medio augustus ingelijfde Aer Lingus.

De fors lagere brandstofrekening was eveneens een belangrijke steun in de rug, al werd de prijsdaling sterk gedempt door de zwakkere euro. Per saldo leverde brandstof een besparing op de operationele kosten van 8,6 procent op. De overige kosten stegen met 5,6 procent.

De operationele winst voor eenmalige posten steeg met een kleine 40 procent naar 1,2 miljard euro. Onder de streep bleef 848 miljoen euro over, tegen 598 miljoen euro in dezelfde periode vorig jaar.

Op basis van de huidige wisselkoersen en brandstofprijzen voorziet IAG een operationele winst tussen de 2,25 en 2,3 miljard euro. Eerder werd een winst van minstens 2,2 miljard euro voorspeld. De resultaten van Aer Lingus zijn daarin buiten beschouwing gelaten.