Commentaar: Kamer moet overheid niet te snel voor rechter willen dagen
Een initiatiefwetsvoorstel dat jarenlang een slapend bestaan leidde voordat het eindelijk op de vergaderagenda van de Eerste Kamer belandde, maakte deze week heel wat los bij burgemeesters en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). De wet, voorgesteld door PvdA, CDA en ChristenUnie, had een eind moeten maken aan de regel dat overheden, zoals burgerlijke gemeenten en provincies, bij ernstige nalatigheid slechts in beperkte mate voor de strafrechter kunnen worden gedaagd.
Had, want nadat in de zomer van 2013 de Tweede Kamer akkoord ging, bleek de wet dinsdagavond tot opluchting van burgemeesters en de VNG in de Senaat precies één stem te kort te komen. Daarmee is het voorstel zo goed als zeker van de baan.
Met name het uitgangspunt dat ook de overheid gewoon voor de strafrechter moet kunnen worden gedaagd, stuit bij VVD, CDA, D66, SGP en OSF in de Senaat op bezwaar. Doorslaggevend voor hen is dat de overheid, anders dan de burger, gehouden is het algemeen belang te behartigen en voor het uitoefenen van die unieke taak niet ter verantwoording moet worden geroepen door de rechter, maar door bijvoorbeeld de gemeenteraad. Bestuurlijk-politieke controle dus, in plaats van strafrechtelijke.
Hier speelt duidelijk meer dan alleen wat staatsrechtelijk gekissebis. Wat de indieners van het wetsvoorstel zich zeker mogen aanrekenen, is dat ze nauwelijks duidelijk maken waarin de bestuurlijke controle momenteel tekortschiet. Het ongeluk met de monstertruck in Haaksbergen kostte een burgemeester de kop, na de vuurwerkramp in Enschede sneuvelden twee wethouders, na de brand in het cellencomplex in Schiphol traden twee ministers en een burgemeester af en na de cafébrand in Volendam een heel college. Ook zonder strafrechtelijke controle komt de verantwoordelijk bestuurder dus niet zomaar weg.
Bij extreme nalatigheid gaat de rechter bovendien al akkoord met het strafrechtelijk aansprakelijk stellen van lagere overheden. Zo vonniste de rechter eind 2012 een boete van 22.500 euro waarvan 7500 euro voorwaardelijk tegen de gemeente Stichtse Vecht, die door nalatig wegonderhoud schuldig werd bevonden aan een dodelijk motorongeluk.
De vraag rijst verder wat nabestaanden eraan hebben wanneer een bestuurder na zijn aftreden ook nog eens persoonlijk strafrechtelijk wordt beboet. Het overkwam de Belgische burgemeester Bisschop in december 2006, nadat een man op een slecht verlicht kruispunt verongelukte door een voorrangsfout. Bisschop werd in eerste instantie veroordeeld tot drie maanden voorwaardelijk en ruim 1000 euro boete én moest voor 45.000 euro meebetalen aan de schadevergoeding. Een ambtgenoot verzuchtte daarna of Bisschops verantwoordelijkheid echt groter was dan de pleger van het verkeersmisdrijf, die wegkwam met een lagere straf.
Overheid en burger strafrechtelijk gezien gelijk willen schakelen, lijkt alles bij elkaar genomen net iets te veel op een prestigestrijd. Gelijkberechtiging is een mooi streven, maar het ondoordacht praktiseren ervan kan leiden tot onwenselijke gevolgen. Mooi dat de Senaat daar een stokje voor steekt.