Commentaar: Ook die veilige robotauto zal brokken op de weg gaan maken
Zeg, beste auto, als jij na het eten de kinderen even naar catechisatie brengt, en op de terugweg oma oppikt, dan werken wij hier de vaat even weg. Dat is zo’n beetje de magie rond de zelfrijdende auto.
Nu is dat nog toekomstmuziek. Er treedt geen ”robotauto” naar voren uit de techniek die Tesla deze week in Europa heeft gepresenteerd. Het is een vorm van rijondersteuning. De bestuurder kan het stuur en de pedalen loslaten en met de richtingaanwijzer de auto vertellen welke kant het op gaat. Maar de krant lezen achter het stuur of een sms’je sturen is nog steeds verboden. De bestuurder moet altijd kunnen ingrijpen. Wat dat betreft is er geen verschil tussen 1915 en 2015.
In sommige studies wordt de verwachting uitgesproken dat er tussen 2020 en 2025 inderdaad zelfrijdende auto’s zullen komen. Die ontwikkeling zal met kleine stapjes gaan, maar uiteindelijk wel een revolutie brengen. Wie de ontwikkelingen in de afgelopen dertig jaar overziet (in zowel auto’s als computers), weet dat dit technisch gezien zeker mogelijk is.
De gevolgen hiervan vallen moeilijk te voorspellen. Zoals veel uitvindingen zal ook deze het menselijk gedrag ingrijpend veranderen. Mensen die nu per trein reizen, zullen misschien weer een auto nemen (zeker als die elektrisch is). Of er komen zelfrijdende taxi’s. De opties zijn legio.
De auto is nu voor veel mensen de ”heilige koe”. Vooral mannen zijn bereid veel geld te betalen voor dit verlengstuk van hun eigen ego. Het is maar de vraag of een robotauto datzelfde gevoel oproept.
Voor regeringen is het op dit moment een lastig onderwerp, omdat niemand de uitkomst kent. De huidige (internationale) regels bepalen dat er een persoon achter het stuur zit. De huidige discussie is of deze regel moet worden veranderd. Toch is het niet verstandig dat te snel te doen. Laat de techniek zich eerst maar bewijzen.
De overheid kan niet beslissen of de zelfrijdende auto’s er moeten komen. Als de industrie zoiets aanbiedt en burgers dat aanschaffen, staat de politiek daarbuiten. Die gaat niet over uitvindingen.
Maar de overheid moet wel randvoorwaarden stellen. Verkeersveiligheid staat daarbij natuurlijk voorop. In 1972 vielen er in Nederland nog 3460 verkeersdoden. In 2014 was dat gedaald tot een zesde: 570. Het zou jammer zijn als het aantal slachtoffers weer zal stijgen door bijvoorbeeld de zelfrijdende (vracht)auto.
Er is trouwens helemaal geen reden om bang te zijn voor de robotauto. Veel hightech in dat voertuig is juist bedoeld voor de veiligheid. Sensoren raken nooit moe, zegt de industrie. Dat mag waar zijn, maar militairen zeggen dat de veiligheid aan het front terugloopt zodra wachtposten op camera’s gaan vertrouwen. Ook deze ‘superveilige’ auto’s zullen brokken op de weg gaan maken. We weten alleen nog niet welke.
Nieuwe technieken hebben ook hun eigen ongemakken. Kan zo’n auto worden gehackt, zodat de kinderen nooit op catechisatie komen? En zou zo’n voertuig ook als bomauto kunnen dienen?
Voorlopig is dit dus nog toekomstmuziek. En zolang dat zo is, halen we gewoon zelf oma van het station.