In 2013 kreeg het onderwijs 150 miljoen euro om drieduizend extra leraren aan te stellen. In de Kamer ontstond vorig jaar al twijfel over de besteding van dit geld. De extra middelen kwamen terecht in het vrij besteedbare budget van de scholen, zoals was afgesproken. Niet duidelijk is echter wat de scholen daadwerkelijk met het geld hebben gedaan. Veel (jonge) leraren zitten nog steeds zonder werk.

De onderwijsbonden klaagden al dat veel scholen het geld voor iets anders hebben gebruikt. De Kamer verzoekt staatssecretaris Sander Dekker (Onderwijs) om nu per school in het basis- en voortgezet onderwijs een overzicht te verstrekken over het aantal extra of behouden banen.

De Algemene Onderwijsbond (AOb) stelde maandag al aan de kaak dat extra geld dat twee jaar geleden was aangetrokken om meer leerkrachten aan te nemen, is gebruikt om andere verliesposten op te vangen. Volgens de PO-Raad, de koepelorganisatie voor het basisonderwijs, is dit geld grotendeels gebruikt om stijgende werkloosheidskosten op te vangen. Het primair onderwijs moet zelf opdraaien voor deze kosten. De kosten voor leraren die hun baan kwijtraakten gingen volgens de raad sinds 2010 met 165 miljoen omhoog tot 265 miljoen euro.

De PO-Raad meldde dinsdag op basis van eigen berekeningen dat het financiële gat tussen kosten en inkomsten in het basisonderwijs is in vijf jaar meer dan verdubbeld tot 754 miljoen euro. In 2010 bedroeg het tekort nog 291 miljoen euro.