Opinie

Massale immigratie zet samenleving onder druk

De massale toestroom van vluchtelingen naar Europa beheerst al maandenlang het nieuws. Iedere keer zijn er weer dramatische beelden. De financiële problemen van Griekenland en andere nieuwsitems zijn daardoor naar de achtergrond gedrongen.

dr. C. S. L. Janse

26 October 2015 20:34Gewijzigd op 15 November 2020 22:50
beeld ANP
beeld ANP

De stoere taal van de Duitse bondskanselier Merkel ”Wir schaffen das” (het lukt ons wel) ten spijt rijst alom in Europa de vraag hoe het verder moet. Dit ook gezien het toe­nemende verzet van de publieke opinie tegen de massale vluchtelingen­opvang. Politici kunnen zich daar niet aan onttrekken.

Veel van de hier aangekomen vluchtelingen zullen een beroep doen op de regels voor gezinshereniging. We moeten dus rekening houden met een omvangrijke volgmigratie.

Hoeveel van hen zullen ooit terugkeren naar hun land van herkomst? Ook al zou de rust daar weergekeerd zijn onder een tamelijk acceptabele regering, qua welvaart en voorzieningenpeil ligt hun land ver achter op West-Europa. Dat gezichtspunt geeft vaak de doorslag.

Ook na de afscheidingsoorlogen in het voormalige Joegoslavië bleven veel vluchtelingen uit die regio in West-Europa wonen. Ze hadden het hier veel beter dan ze het daar zouden krijgen. Geef hun eens ongelijk.

Het is dan ook nodig om meer druk uit te oefenen om terug te keren naar het geboorte­land wanneer de oorlog daar afgelopen is. Nu krijgen asielzoekers met een tijdelijke status na vijf jaar een permanente verblijfsvergunning. Die termijn zou je moeten verlengen. Gastvrijheid impliceert nu eenmaal dat de gast ook weer een keer vertrekt en plaatsmaakt voor volgende gasten.

Nederland is geen immigratieland, zo wordt sinds jaar en dag gezegd. De werkelijk­heid is een andere. Al decennialang is de immigratie belangrijk hoger dan de emigratie. Toch is te verdedigen dat de hoge bevolkingsdichtheid Nederland ongeschikt maakt als immigratieland. Bovendien is er bij ons altijd nog een natuurlijke bevolkings­groei.

In een land als Duitsland is dat anders. Daar neemt, door het lage geboortecijfer, de bevolking de laatste jaren af. Die krimp zal de komende jaren doorzetten, tenzij er sprake is van een forse immigratie. Vergroot dat perspectief de bereidheid om grote aantallen vluchtelingen op te nemen? Of zijn het de leidende rol die Duitsland in Europa heeft en het altijd nog niet helemaal verwerkte schuldbesef over de nazitijd die Merkel gebracht hebben tot haar uitnodigende opstelling?

Eigenlijke bewoners

Typische immigratielanden als de VS, Canada en Australië kenmerken zich door het gegeven dat bijna iedereen oorspronkelijk van elders komt. Een Amerikaan die wat genealogisch onderzoek heeft gedaan, kan meestal vertellen dat zijn voorgeslacht uit minstens vijf of zeven landen afkomstig is.

Behalve de indianen, die juist een marginale positie innemen, kan geen enkele groep claimen de eigenlijke bewoners van het land te zijn. Blanke angelsaksische protestanten hadden altijd wel die neiging, maar gezien de omvangrijke etnische smeltkroes die de VS onmiskenbaar vormen, konden ze een dergelijke claim moeilijk staande houden.

Nieuwkomers in Amerika begonnen economisch en qua sociale status vaak onder aan de ladder. In het midden van de 19e eeuw waren dat bijvoorbeeld de Ieren, thans verkeren de latino’s in die positie. Na verloop van tijd slaagden ze er vrijwel altijd in om een min of meer gelijkwaardige positie te veroveren. Alleen de zwarte bevolkingsgroep vormt hierop een duidelijke uitzondering.

Nationale identiteit

Daarentegen is er in de Europese natie­staten duidelijk sprake van een dominante volksgroep die zich als de drager van de nationale identiteit beschouwt. Voor de Duitsers is Duitsland hun land, zoals Frankrijk er is voor de Fransen en Nederland voor de Nederlanders. Wie van elders komt, moet zich aanpassen en al te veel nieuwkomers zijn eigenlijk niet gewenst. Die vormen een gevaar voor de nationale identiteit.

Dat mensen een bepaald land of een bepaald gebied als hun territoir beschouwen en daar sterke historische banden mee gevoelen, is niet verkeerd te noemen. De Bijbel weet van stammen en volken die in Gods voorzienige bestel hun woongebied toegewezen kregen (Deut. 32:8).

Uiteraard was er altijd wel een instroom van vreemdelingen. Die hadden daarvoor zeer uiteenlopende motieven. Vaak waren die van economische aard. Soms waren het de wonderlijke wegen van de liefde die iemand naar een ander land brachten.

De dynamiek van de moderne samenleving leidt echter tot veel massalere migratie­stromen dan in het verleden het geval was. Onze grote steden dragen tegenwoordig een kosmopolitisch karakter. Je komt daar de halve wereld tegen. Dat geeft ook allerlei sociale problemen. Er ontstaat een nieuwe onderklasse: laaggeschoold, werkloos, balancerend op de rand van de criminaliteit.

Sociale cohesie

Bovendien leidt deze volksverhuizing tot gevoelens van vervreemding bij de autochtone bevolking. Dat geldt met name voor de lagere klasse. Die zag zijn woonbuurt in de loop der jaren drastisch veranderen. Zij zijn verhuisd zonder verhuisd te zijn, zoals oud-burgemeester Cohen van Amsterdam het onlangs verwoordde. En dat zonder dat hun iets gevraagd werd.

De Amerikaanse sociale wetenschapper Robert Putnam heeft er recent op gewezen dat door de komst van groepen immigranten de sociale cohesie in een land afneemt. In een maatschappij met een grote etnische diversiteit, waarin mensen zich minder in elkaar herkennen, hebben ze ook minder vertrouwen in elkaar.

Nu heeft de tijd onmiskenbaar een assi­milerende werking. Tenzij hun godsdienst of huidskleur sterk afwijkt, zullen immigranten van de derde generatie niet zo veel meer verschillen van de autochtone bevolking. Maar de tijd moet dan ook wel zijn werk kunnen doen.

Van groot belang voor de integratie is altijd de werkgelegenheid. Zit de maatschappij verlegen om werkkrachten, dan kunnen nieuwkomers (aangenomen dat ze de vereiste kwalificaties hebben) gemakkelijk ingeschakeld worden. Bij grote werkloosheid worden ze daarentegen door de autoch­tone bevolking veelal als concurrenten en parasieten beschouwd. De relatief grote bereidheid in Duitsland om vluchtelingen op te nemen, zou ook wel samen kunnen hangen met het feit dat daar, anders dan in de meeste Europese landen, de werkloosheid niet zo’n groot probleem is.

Onderwijs heeft ook bij uitstek een assimilerende werking. Nieuwkomers leren op school de taal van het land en krijgen een beroepskwalificatie. Voor begaafde jongeren ligt de weg naar het hoger onderwijs met bijbehorend carrièreperspectief open.

Groepscultuur

Overigens zijn ook de aantallen van belang. Kleine groepen ervaren meer assimilatiedruk dan grote groepen. Is men met velen, dan is men in zijn nieuwe omgeving beter in staat om de groepscultuur in stand te houden. Men bouwt daar dan zijn eigen sociale infrastructuur op.

Meer dan vroeger is men tegenwoordig in staat om de contacten met het land van herkomst in stand te houden. Schotel­antennes, internet en mobieltjes dragen daaraan bij. Inmiddels hebben we in ons land tal van levenskrachtige subculturen: Marokkanen, Turken, Eritreeërs, Somaliërs en nog veel meer.

Van groot belang is ook de culturele afstand. Polen zullen hier gemakkelijker integreren dan Syriërs, christelijke asiel­zoekers gemakkelijker dan islamitische. Dat gevoegd bij het gegeven dat christenen het in veel landen extra moeilijk hebben, is een voldoende argument om christelijke asielzoekers een voorrangspositie te geven. Maar wie daarvoor durft te pleiten, zal ongetwijfeld een stroom van kritiek oproepen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer