Afschuw drijft Spanjaarden bijeen
De gruwelijke taferelen van de aanslagen in Madrid worden in beeld en geschrift breed uitgemeten in de Spaanse kranten. De tv blijkt voorzichtig te werk te gaan met beeldmateriaal, maar de kranten hebben vrijdag wel grote en gruwelijke foto’s afgedrukt. De verontwaardiging over de slachting is groot en ook de inwoners van de min of meer Spanjevijandige landstreken, zoals Baskenland en Catalonië, zien de terreur als een aanval op allen.
De voorman van de Baskische Nationale Partij, Josu Jon Imaz, „huilt” in de Diario Vasco van vrijdag „met de broeders in Madrid.” Imaz zei dat de slachting die de terroristen aanrichtten, een aanslag is op de democratie en op de bereidheid tot samenleven.
De Spaanse premier Aznar had donderdag al in zijn reacties uitvoerig gehamerd op de nationale eenheid. Mensen werden vermoord „enkel omdat het Spanjaarden zijn.” Hij beklemtoonde net als de koning in een rede ’s avonds de nationale eenheid waarmee Spanje het terrorisme zal verslaan.
In Baskenland is de ontsteltenis ook groot, omdat de extremistische Baskische beweging ETA hoofdverdachte is. Maar wie er achter het bloedbad zit, is voor de Spaanse media vooralsnog een raadsel. Kranten koppen met vragen als: ”ETA of al-Qaida?”.
De ETA is volgens de Diario Vasco de laatste tijd geobsedeerd door de wens een verschrikkelijk bloedbad in Madrid aan te richten. Dat zou de aftakeling van de kleine aanhang en de vele arrestaties van ETA-prominenten in de afgelopen jaren moeten compenseren. Verschillende keren zijn met arrestaties pogingen van de ETA verijdeld om met grote hoeveelheden springstof aanslagen te plegen in Madrid, zoals bijna drie maanden geleden nog, toen een aanslag dreigde op het Madrileense station Chamartin. Maar ook islamitische extremisten zijn thuis in Madrid. In 1985 bliezen ze er een restaurant op, zo herinnert de Baskische krant zich.
De regeringsleider van de regio Baskenland, Juan José Ibarretxe, was er donderdag net als de Spaanse minister van Binnenlandse Zaken Acebes nog vrijwel zeker van dat deze aanslagen het werk van de ETA zijn. Vrijdag zei Ibarretxe echter dat er „vandaag redelijke twijfel is gerezen over de verantwoordelijkheid voor de aanslagen.”
Ook het Catalaanse dagblad La Vanguardia verkondigde donderdag nog dat het „zonder twijfel” het werk van de ETA was. Maar vrijdag was ook deze krant daar niet meer zo zeker van. De „11-M”, de elfde maart in Madrid, is „de grootste terroristische slachting in Europa” en La Vanguardia spreekt over „verwarring over de mogelijke daders.”
De meeste bladen citeren ooggetuigen en hulpverleners; „Zo ziet een oorlog eruit”, weende er een. Een veelvuldig verspreid citaat van een te hulp gesnelde verpleegkundige is dat „de mobiele telefoontjes van de doden maar bleven bellen.”