Doopjurken, Bijbels en een monstrans in Lunters museum
Doopjurken, toga’s, een avondmaalsbeker, een monstrans, Bijbels –van Oudnederlands tot Hoogmaleisisch–, het is een bonte verzameling in Museum Oud-Lunteren. Hier gaat vandaag de tentoonstelling ”Religie in Lunteren door de eeuwen heen” van start.
Tijdens een bijeenkomst in de Oude Kerk geeft de vereniging Oud-Lunteren vanavond de aftrap. Niet alleen de protestanten, maar ook de rooms-katholieken en de Molukse kerkgemeenschap krijgen hierbij de aandacht die zij verdienen, vertelt prof. dr. ir. Wim van Leussen. Hij schreef speciaal voor deze tentoonstelling het boekje ”Religie in Lunteren door de eeuwen heen”.
Van Leussen, nu twaalf jaar in het Gelderse dorp woonachtig, gaat aan de hand van tien perioden in op het wel en wee van het religieuze leven ter plaatse. „Ik heb het niet alleen over het kerkelijke leven”, waarschuwt hij. „Dat is al heel divers, maar het religieuze leven omvat veel meer. Als je dat beschrijft, laat je ook meteen iets zien van de aard van de Lunteranen.”
Hoe die volksaard te typeren is? „De Lunteraan hecht aan zijn vrijheid, maar ook aan tradities. Hij heeft eerbied voor de natuur en voor God.”
Wie denkt dat de tentoonstelling en het boekje alleen over Lunteren gaan heeft het mis. Zo is er na deel 1 –de geschiedenis van voor de kerstening tot aan de kerkscheuring in 2004– aandacht voor dr. Oepke Noordmans. De theoloog en hervormde predikant Noordmans (1871-1956) woonde na zijn emeritaat van 1948 tot aan zijn overlijden in Lunteren en schreef hier zijn belangrijkste theologische werken. Of hij kerkelijk betrokken was in het dorp, weet Van Leussen niet. „Hij was meer op Laren gericht, de gemeente die hij tot zijn emeritaat diende. Wel is er een brief van hem bekend waarin hij zegt blij te zijn met het ziekenbezoek van de gereformeerde predikant dr. Ozinga uit Lunteren.”
Wat het plaatselijke ook overstijgt is de zogeheten Lunterse Kring. Deze werd gevormd door een groep theologen –afkomstig uit de Nederlandse Hervormde Kerk en de Gereformeerde Kerken in hersteld verband– die tijdens de oorlog in verzet kwam tegen de Duitse bezetting. De theologen kwamen samen in het conferentieoord van de Zendingsstudieraad, waar later het congrescentrum De Blije Werelt werd gevestigd. Enkele bekenden onder hen waren dr. J. Koopmans, ds. K. H. Kroon, dr. K. H. Miskotte en ds. J. J. Buskes.
Van Leussen: „De Lunterse Kring is bij velen onbekend. Lunteren staat juist bekend om de toogdagen die de NSB hier hield, om de Muur van Mussert waarvan men zich nog steeds afvraagt of deze opgeknapt moet worden of niet, en om de Wormshoef, het hotel waar tijdens de oorlog verzetslieden verhoord en gemarteld werden. Nog steeds zetten veel Lunteranen geen voet over de drempel van de Wormshoef, ondanks het feit dat dit pand al regelmatig van eigenaar is gewisseld. Het roept bij hen nog steeds de herinnering op aan de martelkamer die de Wormshoef ooit was.
Het idee dat een kilometer voorbij de Muur van Mussert theologen in het geheim samenkwamen om zich tegen de Duitsers te verzetten, spreekt tot de verbeelding. Ik vind dat heel indrukwekkend.”
Hoe komt een hoogleraar civiele techniek ertoe om de religiegeschiedenis van zijn woonplaats te beschrijven?
„Ik heb altijd al belangstelling gehad voor geschiedenis. Noem het een liefhebberij. In 2012 onderzocht ik de levensgeschiedenis van de Lunterse notaris H. T. W. van den Ham, die dat jaar honderd jaar geleden overleed. Hij bleek veel voor de hervormde gemeente hier betekend te hebben. In maart dit jaar kwam de voorzitter van de Vereniging Oud-Lunteren, Jaap van Ravenswaaij, naar me toe met de vraag of ik mee wilde denken met de opzet van deze tentoonstelling. Van het een kwam het ander. Ik had al wat voorwerk gedaan rond mijn onderzoek naar notaris Van den Ham, dus in die zin begon ik niet helemaal blanco.”
Wat was uw belangrijkste ontdekking?
„Dat achter alle theologische discussies die er in Lunteren gevoerd werden vaak bepaalde karakters van mensen een net zo grote rol speelden als hun theologische principes. Het gaat, hoor je vaak, om de waarheid en het verdedigen daarvan. Maar als je goed kijkt, zie je dat mensen zich eigenlijk net zo druk maken over waar zij thuis horen, wat bij hen past.
Dit zie je ook in de recente kerkgeschiedenis terug. De hervormde gemeente was kapitaalkrachtig, haar diensten werden goed bezocht, maar toch mocht zij van de synode in 2003 geen predikant meer beroepen omdat zij nog een vrije kerkvoogdij had. Deze moest –in ieder geval gedeeltelijk– geïntegreerd worden in de kerkenraad. Ondanks het synodebesluit ging de kerkenraad niet overstag. Als je mensen dan vraagt waarom niet, dan zeggen zij dat het ging om de waarheid. Ik vrees dat karakters hier echter ook een grote rol speelden.”
Aan de totstandkoming van het boekje en de tentoonstelling werkten alle zeven kerken in het dorp mee: de hervormde gemeente rond de Oude Kerk en de hervormde deelgemeente rond de Maranathakerk, de hersteld hervormde gemeente rond de Bethelkerk, de gereformeerde kerk, de afdeling van de Nederlandse Protestantenbond (NPB), de rooms-katholieke kerk en de Molukse kerkgemeenschap. „Een unicum”, noemt Van Leussen het. „Al was er eeuwenlang in Lunteren alleen maar een hervormde kerk, de diversiteit die met name in de twintigste eeuw ontstond, wordt in de tentoonstelling en in het boekje rechtgedaan. Zo heb ik als derde deel aan het boekje een portrettengalerij toegevoegd met uit iedere kerk één of twee belangrijke personen die veel voor de Lunterse kerken of voor hun landelijke kerkverband betekent hebben, zoals ds. I. Kievit en ds. G. Boer.”
De portretten hangen ook in de tentoonstelling. Iets verderop hangen drie schilderijen: twee kerkinterieurs uit de zeventiende eeuw en een zeventiende-eeuws Tien Gebodenbord. Een van de interieurs is een bruikleen van Museum Catharijneconvent in Utrecht. Het Tien Gebodenbord komt uit het witte kerkje van de NPB. De tekst die hiervoor gebruikt is, komt uit de zogenoemde Deux-aesbijbel, een voorloper van de Statenvertaling. Deze Bijbel ligt verderop in de vitrine.
Naast deze hoogwaardige kunstobjecten is er ook aandacht voor de ‘kunst’ van kerkgangers. Zo tekende Bastiaan Berends in de hervormde en in de hersteld hervormde gemeente diverse voorgangers tijdens de preek. Van Ravenswaaij: „Sommige mensen maken aantekeningen in de dienst, Berends maakt tekeningen.”
Welk publiek de vereniging met deze tentoonstelling wil trekken? Van Leussen: „Jaarlijks bezoeken zo’n 6000 mensen het museum. Velen komen van buitenaf. We hopen dat zij ook naar deze expositie gaan kijken. Maar tegelijk hoop ik dat er meer Lunteranen betrokken raken bij het museum en bij de vereniging. Lunteren is een heel religieus dorp. Zo’n tentoonstelling moet de aandacht prikkelen van veel dorpsgenoten. Ik hoop dat zij de stap wagen en meer willen leren over hun rijke geschiedenis. Want als ze eenmaal binnen geweest zijn, weten ze de weg hierheen vast vaker te vinden. Dat is ook Lunteranen eigen.”
De tentoonstelling ”Religie in Lunteren door de eeuwen heen” is van woensdag tot zaterdag te bezichtigen van 13.30 tot 16.30 uur in Museum Oud-Lunteren, Dorpsstraat 55, Lunteren.
Tentoonstelling
De tentoonstelling ”Religie in Lunteren door de eeuwen heen” wordt vanavond geopend met een bijeenkomst in de Oude Kerk te Lunteren. Sprekers zijn Jaap van Ravenswaaij, prof. dr. ir. Wim van Leussen, dr. H. Vreekamp, ds. P. Molenaar en oud-wethouder Breunis van de Weerd. Tijdens de bijeenkomst wordt er Molukse zang en muziek ten gehore gebracht door leden van de Molukse gemeenschap in Lunteren. De bijeenkomst begint om 19.30 uur.
Vanaf vandaag is het boek ”Religie in Lunteren door de eeuwen heen”, geschreven door Wim van Leussen, in Lunteren te koop voor 7,50 euro.
Uitbreiding Museum Oud-Lunteren
Het Museum Oud-Lunteren heeft onlangs het naastgelegen pand aan de Dorpsstraat 53 aangekocht. Dat kon de Vereniging Oud-Lunteren, eigenaar van het museum, doen vanwege het ontvangen van de erfenis van Johan Noordmans, zoon van de bekende theoloog dr. Oepke Noordmans. Voorzitter Van Ravenswaaij: „Johan Noordmans studeerde theologie, maar belandde in de cabaretwereld. Hij overleed in 2013, op 90-jarige leeftijd. Een zeer aimabel mens die onze vereniging een warm hart toedroeg.”
Het aangekochte pand gaat tegen de vlakte. Daarvoor in de plaats komt een nieuwbouw die 100 vierkante meter extra ruimte aan het museum zal toevoegen. Van Ravenswaaij: „We hopen hier drie à vier keer per jaar een wisselende tentoonstelling te bieden, naast de vaste collectie. Ook komt er extra depotruimte bij die wij goed kunnen gebruiken.”
De vereniging telt 800 leden en heeft 45 vrijwilligers.