AB InBev meldde zich in de afgelopen weken tevergeefs met overnamevoorstellen bij SABMiller, het moederbedrijf van onder meer Grolsch. Aanvankelijk werd 38 pond per aandeel geboden, later 40 pond per stuk. SABMiller wees beide biedingen af zonder verder in contact te willen treden. „Teleurstellend”, aldus de bieder, die dus ook het derde bod, van 42,15 pond per aandeel, naar de prullenbak verwezen zag.

De afgelopen dagen deden al geruchten de ronde dat SABMiller pas zou willen praten bij een bod van 45 pond per aandeel, hetgeen neer zou komen op ruim 99 miljard euro. De beoogde prooi stelde dat het jongste bod „slechts 15 pence hoger is dan het voorstel dat we op 5 oktober afwezen”. Op diezelfde dag concludeerde het bestuur dat zelfs een bod van 42 pond per aandeel te laag zou zijn, zei president-commissaris Jan du Plessis van SABMiller.

Du Plessis bestempelde SABMiller als „het kroonjuweel van de mondiale bierindustrie”. AB InBev heeft SABMiller volgens hem nodig vanwege zijn „unieke en ongeëvenaarde” scala aan merken en afzetmarkten. De tot nu toe neergelegde voorstellen zijn volgens de toezichthouder echter „opportunistisch en in hoge mate voorwaardelijk”. SABMillers grootaandeelhouder Altria, met een belang van 27 procent, steunde het bod wel.

Met de samensmelting van wereldmarktleider AB InBev en nummer twee SABMiller zou veruit het grootste bierconcern ter wereld ontstaan met een jaarlijkse omzet van omgerekend bijna 57 miljard euro en een bedrijfsresultaat van ruim 21 miljard euro. De geboden 68 miljard pond was de op drie na hoogste overnamesom ooit.