Noodmaatregelen voor crisissituatie Curaçao
De Antilliaanse minister van Justitie, Ben Komproe, heeft woensdag een pakket noodmaatregelen gepresenteerd waarmee hij een einde wil maken aan de stijgende criminaliteit op Curaçao. De minister sprak van een crisissituatie waar passende maatregelen voor nodig zijn.
De minister wil meer politie op straat en meer controles op illegalen. Verder is een strengere naleving van de identificatieplicht nodig en komt er een samenscholingsverbod. Ook moet er meer gebruik worden gemaakt van particuliere beveiligingsdiensten.
De maatregelen zijn afgesproken met de gezaghebber, het openbaar ministerie, de politie en de veiligheidsdienst. Ze zijn voor een groot deel woensdag ingegaan en zijn tot en met december dit jaar van kracht. Volgens Komproe worden ze ondersteund door de hele Raad van Ministers.
Sinds het begin van dit jaar kwamen op Curaçao al vijftien mensen om het leven. Ook het aantal overvallen steeg aanzienlijk in vergelijking met voorgaande jaren. Geschat wordt dat er al meer dan honderd overvallen zijn gepleegd. „Menigeen zal zich onbehaaglijk en onveilig voelen”, aldus de minister.
Steeds meer stemmen gaan op voor het uitroepen van de noodtoestand. Daarmee kunnen enkele wetten tijdelijk buiten werking worden gesteld. Volgens Komproe is het haast onvermijdelijk dat de Staten daartoe overgaan. „We zullen bepaalde afspraken overboord moeten gooien, bijvoorbeeld om meer mensen in één cel te kunnen opsluiten en om te helpen bij opsporingen.”
Komproe maakte verder nog bekend dat de kustwacht zich wat hem betreft meer moet gaan bezighouden met het bewaken van de zuidkust van het eiland. Hij is niet tevreden over de manier waarop dat nu gebeurt. Volgens hem moet er meer gebeuren om te voorkomen dat mensen, wapens en drugs op het eiland komen. Premier Mirna Godett zal daartoe een verzoek indienen bij de gouverneur van de Nederlandse Antillen.
Vanuit de samenleving was er veel kritiek op Komproe, omdat hij te lang met zijn plannen op zich heeft laten wachten. Die kritiek is onterecht, vindt de minister. „Justitie heeft geen monopolie op het oplossen van de criminaliteit. De hele samenleving draagt verantwoordelijkheid