Bonje in de bajes
In de gevangenis van Zoetermeer werd zondag een 82-jarige gedetineerde doodgestoken door een 25-jarige medegevangene. Hoe veilig is het in Nederland achter de tralies?
Hardhandig ging het eraan toe, enige tijd geleden in de gevangenis Norgerhaven in het Drentse Veenhuizen. Gevangenen gooiden een medegedetineerde van de trap. Het slachtoffer raakte ernstig gewond. „De man liep ermee te koop dat hij zedendelinquent was. Mannen die zich aan kinderen vergrijpen, staan in de gevangenis onder aan de pikorde. Overigens was er later twijfel of de mishandelde man werkelijk een zedendelinquent was”, vertelt de 65-jarige Hugo (niet zijn werkelijke naam), die ten tijde van het incident vastzat in Norgerhaven. De uit de provincie Groningen afkomstige Hugo zat in de periode 2011-2014 3,5 jaar vast wegens een poging tot moord op zijn ex-vrouw. Hij verbleef onder meer negen maanden achter de tralies in een huis van bewaring in Doetinchem en twee jaar in de gevangenis Norgerhaven.
Rookwaar
Af en toe was Hugo getuige van „knokpartijen” in de gevangenis. „Er zitten daar geen koorknaapjes. Er ontstaat bijvoorbeeld onenigheid over telefoonkaarten of rookwaar. Ook tussen gedetineerden die samen op één cel zitten, kan er ruzie zijn. Je moet elkaar maar kunnen verdragen. Irritaties leiden soms tot agressie. Gevangenispersoneel grijpt meestal snel in, maar kan niet voorkomen dat er vechtpartijen ontstaan. Ik heb een medegevangene meegemaakt die zijn cel niet uit durfde. Als je geen beroepscrimineel bent en toch in de gevangenis belandt, kan het je zwaar vallen om tussen moordenaars en psychopaten te moeten leven.”
Zelf viel het Hugo alleszins mee wat betreft gewelddadigheden in de gevangenis. „In een kroeg op zaterdagavond loop je meer kans om met geweld te worden geconfronteerd dan in een Nederlandse gevangenis. In Norgerhaven waren er relatief weinig geweldsincidenten. Ik ben van nature niet bang aangelegd en heb me altijd behoorlijk veilig gevoeld. Over mijn detentietijd heb ik het vorig jaar gepubliceerde boek ”Bajes voor beginners” geschreven. Daarin noem ik Norgerhaven de „sufste bajes van Nederland.”
Als je als grijze, oudere, niet-getatoëeerde man de gevangenis binnenkomt, zoals ik, gaan gedetineerden er min of meer van uit dat je pedofiel bent. Ik had echter het grote geluk dat een medegevangene uit het huis van bewaring in Doetinchem, waar ik eerst vastzat, een vriendje in Norgerhaven had ingelicht: „Er komt binnenkort een grijze man met bril naar Norgerhaven. Dat is geen pedofiel.”
Koster
De Groninger ex-gedetineerde maakt een duidelijk onderscheid tussen de sfeer in huizen van bewaring en ‘reguliere’ gevangenissen. „Je voelt aan alles dat de sfeer in een huis van bewaring onrustiger is. Gedetineerden verblijven daar in afwachting van hun rechtszaak. Er zitten allerlei soorten mensen door elkaar, ook gevangenen met een psychische stoornis. Mensen kunnen onschuldig vastzitten. In een huis van bewaring is een veel groter verloop van mensen.
In een gewone gevangenis zitten mensen die de rechtszaak al achter de rug hebben, zijn veroordeeld en soms jaren moeten samenleven met andere gedetineerden. In zo’n situatie heb je er belang bij dat conflicten niet te lang voortduren, je komt elkaar immers geregeld weer tegen. Dat dempende mechanisme bestaat in een huis van bewaring veel minder. In Norgerhaven zat ik vast met 25 andere langgestraften. Er heerste een gemoedelijke sfeer. Er ontstaan wel groepjes. Je schuift bij het eten bij dezelfde mensen aan. Ik was een buitenbeentje. Eigenlijk een brave man, ik was koster van het stiltecentrum.”
Als een gedetineerde iemand iets wil aandoen, kan hij daar doorgaans een middel voor vinden, denkt Hugo. „Met puntige voorwerpen kun je iemand letsel toebrengen. Ik heb meegemaakt dat een gedetineerde een gevangene met een balpoint in zijn wang stak. De dader ging voor straf een aantal dagen de isoleercel in. Met bestek kunnen gevangenen iemand steken. Als er gereedschap kwijt is uit de arbeidsruimte, gaat het personeel op onderzoek uit. In mijn twee jaar in Norgerhaven heb ik een keer of vier een celcontrole meegemaakt.”
Tafelmes
Commotie in gevangenisland, afgelopen weekend. In de Zoetermeerse gevangenis werd zondag een 82-jarige gedetineerde uit Reeuwijk doodgestoken door een 25-jarige medegevangene uit Den Haag. De dader gebruikte een tafelmes.
In juli 2013 stak dertiger Oswaldt D. uit Hoorn in de keuken van de gevangenis van Nieuwegein een 23-jarige medegedetineerde dood. De dader werd vorig jaar veroordeeld tot achttien jaar cel. Ook in 2006 had D. in een strafinrichting al eens iemand met een mes gestoken.
Dat een gevangene een medegedetineerde om het leven brengt, is „uitzonderlijk”, reageert zegsman Jaap Oosterveer van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), onderdeel van het ministerie van Veiligheid en Justitie. „Het gaat om een enkele keer per jaar. Behalve het incident van zondag in Zoetermeer herinner ik me alleen de gevangenismoord in Nieuwegein in 2013.”
Jaarlijks doen er zich in Nederlandse gevangenissen honderden gevallen voor waarbij gedetineerden elkaar te lijf gaan. Erg scheutig met informatie daarover is justitie niet. Zo staat er bijvoorbeeld in het document ”Gevangeniswezen in getal, 2010-2014” geen cijfermateriaal over het aantal geweldsincidenten. Op vragen van deze krant verstrekte DJI gisteren enkele gegevens. Zo blijkt dat er zich vorig jaar per 100 bezette gevangenisplekken 6,1 fysieke geweldsincidenten tussen gedetineerden voordeden. In 2013 ging het om 7,2 incidenten per 100 plekken, in 2012 om 7,7, in 2011 om 8,7 en in 2010 om 7,9. „De afgelopen jaren gaat het jaarlijks om een tamelijk stabiel aantal geweldsincidenten. Denk aan opstootjes, vechtpartijen, een klap, een kopstoot”, zegt DJI-zegsman Oosterveer. Zaken zoals dreiging en intimidatie (waarbij zich geen fysiek geweld voordoet) zijn niet in de cijfers verwerkt.
Psychische problemen
Triest genoeg komt zelfdoding in de bajes geregeld voor. Een geruchtmakende zelfmoord is bijvoorbeeld de suïcide van Lau G. (1962), in april dit jaar. Die zat vast in de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) in Vught, en was de dag voor de suïcide tot levenslang veroordeeld wegens een dubbele moord in Venray in 2006.
Uit de in mei gepubliceerde rapportage ”Gevangeniswezen in getal, 2010-2014” blijkt dat vorig jaar 14 gevangenen zichzelf ombrachten. In 2013 ging het om 4 suïcides, in 2012 om 10, in 2011 om 15 en in 2010 om 20 zelfmoorden. Over het feit dat het aantal suïcides afnam van 20 in 2013 tot 4 in 2013 en vervolgens weer steeg tot 14 vorig jaar, zegt Oosterveer: „Ik heb daar geen duidelijke verklaring voor. Het beleid in de psychiatrische afdelingen in gevangenissen is de afgelopen jaren niet veranderd. Ik vermoed dat het aantal van vier suïcides in 2013 een uitschieter naar beneden is. Gemiddeld vinden er jaarlijks tussen de 10 en de 20 suïcides in gevangenissen plaats. Feit is dat relatief veel gevangenen psychische problemen hebben.”
Angstig
Dat het in de Zoetermeerse gevangenis zondag tot een moord kwam, verbaast de Leidse strafrechtadvocaat mr. Sébas Diekstra niet. Hij maakt zich al langer zorgen over de veiligheidssituatie in de bajes. „Vorig jaar kreeg ik van drie cliënten signalen over een atmosfeer van bedreiging en intimidatie in die gevangenis. Zowel gedetineerden als bewaarders zouden daaraan bijdragen. Mijn cliënten liepen bang en angstig rond en sliepen slecht. Een van hen kreeg van een medegedetineerde soms meerdere keren op een dag te horen: „Ik maak je kapot.” Bewaarders deden er niets aan en redeneerden: „Niet moeilijk doen, je bent een gedetineerde.” Bewaarders zeggen in Zoetermeer tegen gedetineerden vaak zoiets als: „Als je niet precies doet wat ik zeg, pak ik je daar de volgende keer op.” Ik kom als advocaat in tal van gevangenissen in Nederland, maar zulke ernstige signalen heb ik niet eerder ontvangen.”
De klachten van zijn cliënten noopten Diekstra ertoe om bij het ministerie van Veiligheid en Justitie via een WOB-procedure (Wet openbaarheid bestuur) statistieken over geweldsincidenten in 2014 in de Zoetermeerse bajes te vragen. „Ik kreeg een lijstje met daarop een suïcide en een poging daartoe en verder een incident waarbij een gevangene ernstig gewond raakte doordat een medegedetineerde kokend water over hem heen goot. Graag had ik echter een completer lijstje gekregen, met ook de minder ernstige incidenten die echter wel voor onveiligheid zorgen. Te denken valt aan mishandelingen en bedreigingen.”
DJI-woordvoerder Jaap Oosterveer wil niet reageren op de kritiek van advocaat Dijkstra op de veiligheid in de Zoetermeerse bajes. Wel zegt Oosterveer: „Internationaal staat ons gevangeniswezen hoog aangeschreven. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat een land als Noorwegen gebruikmaakt van cellen in Veenhuizen.”
Wisselingen
De huidige bezuinigings- en inkrimpingsoperatie binnen het gevangeniswezen (zie ook ”Minder gevangenissen”) „draagt niet bij” aan de veiligheid in de bajes. Dat is helder voor vakbondsbestuurder Jorick de Bruin, bij CNV Overheid onderhandelaar op het terrein van veiligheid en justitie. „Door sluitingen van gevangenissen wordt boventallig personeel in andere bajesen ingezet. Daardoor zijn er meer personeelswisselingen dan in het verleden. Teams zijn minder op elkaar ingespeeld. Als een team voortdurend van samenstelling verandert, wordt het lastiger elkaar bijvoorbeeld in crisissituaties blindelings te vertrouwen. Ik zeg niet dat de veiligheidssituatie in gevangenissen escaleert, maar krijg wel signalen dat bij het personeel de rek eruit is.”
Ook het feit dat er in de bajes minder activiteiten voor gedetineerden worden georganiseerd dan voorheen zorgt voor meer spanningen, geeft De Bruin aan. „Het is niet goed voor gevangenen als ze in hun cel maar tegen een deur aan zitten te kijken. Dat leidt tot frustraties en spanningen. Dus is er meer kans op onveilige situaties. De overheid moet zuinig zijn op bijvoorbeeld activiteitenprogramma’s, scholing en een bibliotheek voor gedetineerden.”
Geweldsincidenten in gevangenissen vallen niet altijd te voorkomen, geeft de vakbondsbestuurder aan. „Gedetineerden zijn bijvoorbeeld aan de slag in werkplaatsen. Daar ligt gereedschap. Bewaarders kunnen niet altijd verhinderen dat gevangenen een stuk gereedschap als wapen gebruiken. Zelfs met een pen kun je iemand steken.”
Deur
De gevangenismoord in Zoetermeer kwam donderdag ter sprake in een overleg tussen vakbonden en de top van DJI. „Duidelijk werd dat de 25-jarige verdachte met voorbedachten rade handelde”, zegt voorzitter Marcel Smit van Justitievakbond Juvox, die onder meer de belangen van ruim 1800 werknemers binnen het gevangeniswezen behartigt. „De verdachte heeft van tevoren veranderingen aangebracht aan een celdeur, waardoor die moeilijker te openen zou zijn. Hij heeft het slachtoffer de cel binnengetrokken en de deur gesloten. De verdachte was volledig doorgedraaid. Beveiligingspersoneel kon vanwege de gebarricadeerde deur moeilijk de cel in. Beveiligers trokken zich even later ook vanwege hun eigen veiligheid terug achter glas. Ze zagen hoe het gruwelijke incident zich voor hun ogen afspeelde. Om dat te verwerken, heeft het personeel hulp aangeboden gekregen.”
Een link tussen de reorganisatie bij DJI en de gevangenismoord van zondag wil Smit niet leggen. „De top van DJI heeft ons verzekerd dat er voldoende personeel in de Zoetermeerse gevangenis is. Van onderbezetting is geen sprake.”
Leidt de inkrimping van het personeelsbestand tot een minder veiliger klimaat in gevangenissen? „Als dat zo zou zijn, zouden we zeker aan de bel trekken. Maar toch is dat niet mijn beeld. Ik heb geen harde cijfers die wijzen op een toename van de onveiligheid. Ik hoor zelfs verhalen dat er door sluiting van gevangenissen en overplaatsingen van personeel méér bewaarders op een afdeling komen.”
Wat vindt Smit van de kritiek van advocaat Diekstra dat bewaarders in de Zoetermeerse gevangenis klachten van gedetineerden negeren? „Het zal ongetwijfeld voorkomen dat er bewaarders in de fout gaan. Zij verdienen straf, zoals bijvoorbeeld een schorsing. Maar ik denk niet dat verwerpelijk gedrag bij ambtenaren van DJI vaker voorkomt dan bij werknemers van andere overheidsdiensten.”
Telefoon
Zorgelijk vindt Smit wel dat gedetineerden toch telkens weer voorwerpen binnen weten te smokkelen. „Zo wist de moslimterrorist Samir A. een mobiele telefoon in een conservenblikje te bemachtigen. Dat mag natuurlijk niet. De autoriteiten moeten op dat punt de vinger aan de pols houden.”
De vakbondsvoorzitter vindt het een goede zaak dat in gevangenissen binnenkort een „beter systeem” komt waar personeel klachten kan melden. „Daar kunnen bewakers niet alleen melding doen van letsel door agressie, maar ook van bijvoorbeeld een scheldpartij waarbij geen gewonden vallen. Door al die incidenten te registeren, ontstaat een scherper beeld van de veiligheidssituatie.”
Minder gevangenissen
De tijd dat Nederland kampt met een cellentekort is voorbij. Tegenwoordig gebruiken Belgen en Noren Nederlandse cellen.
Het gevangeniswezen zit midden in een inkrimpings- en bezuinigingsoperatie. Mede door afnemende criminaliteit en meer elektronische detentie is er minder celruimte nodig.
In de periode 2013-2018 moet er bij de Dienst Justitiële Inrichtingen zo’n 270 miljoen euro worden bezuinigd. Er verdwijnen 2000 van de pakweg 10.000 arbeidsplaatsen. Ook sluiten zo’n twintig strafinrichtingen de poorten. In 2018 moeten zo’n veertig DJI-locaties overblijven (inclusief tbs-klinieken en jeugdinrichtingen).
Het aantal mensen dat jaarlijks in voorlopige hechtenis is genomen, daalde van 17.700 in 2010 tot 13.800 in 2014.
De afgelopen twee jaar is het aantal mensen dat achter de tralies verdwijnt wegens het niet betalen van een (verkeers)boete sterk gestegen. Dan gaat het om relatief korte celstraffen. Daardoor is de gemiddelde detentieduur met 17 procent afgenomen van 112 tot 93 dagen. In Nederland zitten per 100.000 inwoners 62 mensen gevangen. Ter vergelijking: in Duitsland gaat het om 76 gedetineerden per 100.000 inwoners, in België 100, in Frankrijk 103.
Draai om de oren voor gevangeniswezen
Kritische noten kraakte de Inspectie SZW (voorheen Arbeidsinspectie) de afgelopen jaren in diverse rapporten over veiligheid in locaties van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). Zo onderzocht de inspectie in 2008 en 2011 in gevangenissen en tbs-klinieken agressie en geweld van gedetineerden tegen medewerkers, ongewenste omgangsvormen van collega’s en leidinggevenden en werkdrukbeleid. In 2011 deden zich in 79 procent van de inrichtingen misstanden voor, in 2008 ging het om 63 procent.
Na een hernieuwde controle in 16 DJI-locaties gaf de inspectie vorig jaar september het gevangeniswezen andermaal een draai om de oren. „Bijna alle geïnspecteerde DJI-locaties zijn in overtreding. Men slaagt er nog steeds niet in om de regelgeving rondom de geïnspecteerde onderwerpen (agressie en geweld, werkdruk, ongewenste onderlinge omgangsvormen en beleid over oproepdiensten) voldoende na te leven”, meldde een rapport.
Milder van toon is een in juni dit jaar gepresenteerde rapportage naar aanleiding van herinspecties bij onder meer zes gevangenissen die in 2014 in de fout gingen. Bij twee van de zes gevangenissen „troffen de inspecteurs overtredingen aan.” Zo kreeg een gevangenis een waarschuwing wegens het ontbreken van „goedwerkende alarmsystemen en -procedures.”
In de rapportage klinken positieve geluiden. „Er zijn veel overtredingen opgeheven en er is meer aandacht voor de arbeids- en rusttijden van werknemers.”