Verschillen blijven na 25 jaar Duitse eenheid
BERLIJN (ANP). Op 3 oktober 25 jaar geleden werden Oost- en West-Duitsland officieel weer één land. Maar in de afgelopen periode zijn lang niet alle verschillen tussen het westen en het voormalig communistische oosten verdwenen. De Duitsers in het westen zijn over het algemeen rijker, in het oosten zitten meer mensen zonder werk.
Duitse media zetten dezer dagen de verschillen op een rijtje. Over het algemeen is de conclusie dat de twee landsdelen voor het oog meer op elkaar zijn gaan lijken. De Oost-Duitse somberheid heeft plaatsgemaakt voor de wat vrolijker West-Duitse degelijkheid. Maar onderhuids zijn er verschillen.
Zo is de arbeidsproductiviteit in het oosten ongeveer 75 procent van die in het westen. De inkomens liggen in de voormalige oostblokdeelstaten aanmerkelijk lager. In bijvoorbeeld Thüringen is het gemiddelde inkomen minder dan 17.000 euro per jaar terwijl in de buurstaat Beieren, de rijkste staat van het land, jaarlijks gemiddeld meer dan 22.000 wordt bijgeschreven.
Misschien dankzij het vroegere DDR-systeem krijgen de „ossies” wel weer meer pensioen: gemiddeld bijna 1000 euro per maand tegen ruim 828 euro in het westen. Maar het zijn wel veel minder mensen die er van profiteren. In het westen hebben ruim vier keer zoveel gepensioneerden een maandelijkse toelage. Vrouwen werken in het westen met gemiddeld vier uur per dag minder dan de zes uur in het oosten, misschien ook een typische erfenis uit de communistische tijd. Een ander overblijfsel: het oosten heeft nog steeds veel meer mensen in overheidsdienst.
De dagelijkse levensstandaarden kropen door de jaren heen naar elkaar, maar de gaten blijken nog niet helemaal gedicht. Zo wordt de vaat in het oosten minder vaak (61 procent van de gezinnen) in een machine gestopt dan in het westen (71,1 procent). Het internet in het oosten is langzamer dan in het westen en in de voormalige DDR zijn minder websites.
Dat Duitsers in het westen meer auto’s hebben dan in het oosten lijkt voor de hand liggend, maar is volgens de statistici meer een vergelijking van zuid en noord. Vooral de zuidelijke deelstaten Baden-Württemberg (waar Mercedes en Porsche zetelen), Beieren (BMW) en Rijnland-Pfaltz houden van blik op wielen. In de noordelijke staten is het autobezit ongeveer even groot als in het oosten.
West-Duitsers zijn minder positief over de eenheid dan de oosterburen. Nog net de helft (48 procent) ziet voordelen terwijl in het oosten bijna driekwart (74 procent) positief is over het samengaan.
Wat betreft meisjesnamen is er een opvallende oost-west-eensgezindheid: Sophie is in vrijwel alle deelstaten de meest populaire.