Ambulancezorg bij grote rampen fors op de schop
ZOETERMEER. Nederland kan binnenkort binnen twee uur op elke gewenste locatie honderd ambulances inzetten. De geneeskundige hulp bij ”zeer grootschalige calamiteiten met veel slachtoffers” gaat op de schop. Zwaargewonden verdwijnen voortaan direct met vliegende vaart naar het ziekenhuis.
Angst, paniek, ontreddering. Een vliegtuig stort neer, een chemische fabriek ontploft. Links en rechts vallen er slachtoffers. Tientallen doden, talloze gewonden. Ambulances rijden met gillende sirene af en aan. Noodhulpvoertuigen van het Rode Kruis volgen op de voet.
Rampen doen zich –vrijwel– altijd onaangekondigd voor. Nederland probeert daarom zo goed mogelijk voorbereid te zijn. Vanaf begin januari verandert de aanpak van zeer grootschalige calamiteiten met veel slachtoffers.
De huidige rampenaanpak (de Geneeskundige Combinatie GKN-C) dateert nog uit 1995. „Er is in twintig jaar tijd echter veel veranderd”, verklaarde J. C. Bernsen van GGD Hollands Midden gisteren bij de presentatie van een nieuw concept in Zoetermeer. „Destijds kenden we bijvoorbeeld geen traumaheli’s.”
Gewondenselectie
Hulpverlenend Nederland heeft een compleet nieuwe rampenaanpak ontwikkeld: de Grootschalige Geneeskundige Bijstand (GGB) voor incidenten met pakweg 15 tot 250 slachtoffers. Alle betrokken instanties slaan hierbij de handen ineen. De GGB regelt het verzamelen, verzorgen en afvoeren van grotere aantallen zwaargewonden naar ziekenhuizen. Snel en effectief, zo is de bedoeling.
De veranderingen zijn toch wel ingrijpend. Hulpverleners maken –vanaf begin januari– bij aankomst op een ramplocatie allereerst een selectie van slachtoffers. Ambulancepersoneel ontfermt zich over de zwaargewonden, vrijwilligers van het Rode Kruis over de lichtgewonden.
„Een huilend kind met een gebroken arm kan even wachten op professionele hulp en gaat daarom naar het Rode Kruis”, legt Bernsen uit. „Het ambulancepersoneel houdt daarmee de handen vrij voor levensreddende handelingen bij zwaargewonden.”
Volgens ambulanceverpleegkundige André Oudenaarden van Hollands Midden is de huidige aanpak niet optimaal. „Echte slachtoffers moeten soms langer op hulp wachten. Met de invoering van GGB kunnen wij ons direct op de ernstig gewonden richten.”
Het Rode Kruis zet vanaf begin volgend jaar noodhulpteams –gewapend met EHBO-tassen, isolatiedekens en poncho’s– in bij grootschalige rampen. Vrijwilligers krijgen extra scholing in de opvang en verzorging van grote aantallen lichtgewonden.
De behandeling van zwaargewonden verandert ook. „Op dit moment verlenen we de zorg aan slachtoffers zo veel mogelijk op de plaats des onheils”, vertelt Arjan de Kreek, verpleegkundig specialist acute zorg van de Veiligheidsregio Gelderland-Midden. „Straks vervoeren we zwaargewonden zo snel mogelijk naar het ziekenhuis.”
Dit lijkt voor de hand te liggen. Toch gebeurt het op dit moment bij grootschalige incidenten niet, aldus De Kreek. „Bij de vliegramp van Turkish Airlines stonden er ambulances in de wachtrij om zwaargewonden naar ziekenhuizen te vervoeren, terwijl het ambulancepersoneel in het veld hulp verleende. Dat is niet logisch. Want slachtoffers krijgen de beste zorg in een ziekenhuis.”
Calamiteitenvoertuig
Nederland telt pakweg 600 ambulances verspreid over 25 regio’s. Dankzij de nieuwe aanpak kun je vanaf begin volgend jaar binnen twee uur op elke gewenste locatie honderd ambulances ter plekke hebben. Ambulanceregio’s kunnen eventueel extra ziekenauto’s laten aanrukken uit een naburige regio.
Ambulancezorg Nederland zet straks 38 nieuwe calamiteitenvoertuigen in, het Rode Kruis 25 noodhulpvoertuigen. De bestelbusjes zijn bedoeld om extra personeel met medisch materiaal en partytenten naar de plaats des onheils te vervoeren. Ambulancezorg in een witte tent, Rode Kruiszorg in een rode tent.
Ambulancezorg Nederland en het Rode Kruis oefenen de nieuwe aanpak volgende maand drie keer. In de hoop dat inzet nooit nodig zal zijn.