Onderwijsinspectie aan banden gelegd
DEN HAAG. In de Tweede Kamer bestaat brede steun voor een initiatiefwet van SGP, D66 en CDA om de bevoegdheden van de Onderwijsinspectie aan banden te leggen.
Zoals het er nu naar uitziet, zal dinsdag alleen de PVV-fractie tegen stemmen. PVV-Kamerlid Beertema zei donderdag tijdens de behandeling dat hij in grote lijnen wel kan leven met de huidige gang van zaken in het onderwijstoezicht.
De initiatiefwet regelt dat de Onderwijsinspectie in de toekomst twee afzonderlijke rapporten moet uitbrengen na een schoolbezoek. In het eerste toetst de inspectie of de school voldoet aan de zogenoemde deugdelijkheidseisen. Dan gaat het om zaken zoals de bevoegdheid van leerkrachten, het aantal lesuren dat leerlingen krijgen, of er aandacht is voor sociale veiligheid en voor burgerschap. In het tweede rapport moet de inspectie ingaan op de kwaliteitseisen. Dat gaat om het pedagogisch-didactisch klimaat, de gekozen lesmethodes en dergelijke. Over deze zaken mag de inspectie geen oordeel vellen, maar wel aanbevelingen doen.
Op dit moment staat de beoordeling van de deugdelijkheidseisen en de kwaliteitseisen in hetzelfde rapport. Daardoor is het voor scholen lastig te zien welk oordeel aan welk onderzocht onderdeel hangt. Ook de inspecteurs hebben de verschillen niet altijd helder; soms schrijven ze scholen zelfs voor welke les- en onderwijsmethoden ze moeten volgen. Dat leidt tot irritatie.
De initiatiefwet regelt dat scholen zelf meer werk moeten maken van hun onderwijskundige visie. Dat moet gebeuren in het zogenoemde schoolplan. Scholen hebben nu ook al zo’n schoolplan, maar dat moet straks meer het kloppend hart van de school worden. Alle geledingen in de school moeten ook worden betrokken bij de opstelling ervan.
VVD en PvdA willen dat in de initiatiefwet ook wordt geregeld dat leerlingen worden betrokken bij de beoordeling van leerkrachten.