AKZ-colleges voor scholieren: wees altijd bereid tot verantwoording
KAMPEN. Het is prima verlopen: leerlingen van het gereformeerde Greijdanus College en de reformatorische Pieter Zandtscholengemeenschap, die samen colleges volgen rond theologie. De collegeserie ”Geloven met hart en ziel” is geslaagd.
Woensdagmiddag om tien voor vier zitten al een paar leerlingen van de Pieter Zandt uit Kampen in de hal van de Theologische Universiteit Kampen te wachten. De leerlingen van het Greijdanus, die uit Zwolle moeten komen, zijn wat later. Ruim dertig leerlingen van de reformatorische school uit Kampen en goed twintig van de Zwolse school –vooral meisjes– hebben zich vrijwillig aangemeld voor de colleges.
Om vier uur laat projectleider William den Boer de geïnteresseerden binnen. De leerlingen van beide scholen zitten zo veel mogelijk om en om, zodat er gelegenheid is voor contact. Daarvoor zijn er kansen genoeg tijdens het college van dr. M. J. Kater.
Apologetiek
De universitair docent praktische theologie en apologetiek aan de Theologische Universiteit Apeldoorn geeft het laatste college in een reeks van vier. De collegeserie is opgezet door AKZ+, een gezamenlijk project van de theologische universiteiten in Kampen en Apeldoorn en de Viaa Gereformeerde Hogeschool in Zwolle. Het laatste college van de reeks ”Geloven met hart en ziel” gaat vooral over apologetiek, het verantwoorden van wat het christelijk geloof voor iemand persoonlijk betekent.
De belangrijkste apologetische tekst uit de Bijbel is volgens dr. Kater 1 Petrus 3:15: „Maar heilig God, de Heere, in uw hart; en wees altijd bereid tot verantwoording aan ieder die u rekenschap vraagt van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en eerbied.”
De docent zegt erbij hoe die verantwoording kan plaatsvinden. „Het eerste wat Petrus doet in het begin van zijn zendbrief, als hij het heeft over de hoop op God, is stamelen, vergelijkbaar met wanneer je een mooi cadeau uitpakt. Zo is hij onder de indruk! Het geeft niets als je in een gesprek iets van dat ”oh” verwoordt.”
Dr. Kater geeft de aanwezigen een aantal handvatten mee om het gesprek met andersdenkenden aan te gaan. Kenmerkend voor de gereformeerde spiritualiteit is volgens hem dat de hoogverheven God tegelijk nabij is. „In Jezus Christus is God nabijgekomen. Gereformeerde spiritualiteit is Christusspiritualiteit. In Christus wordt de afstand tussen Schepper en schepping, tussen God en zondaar overbrugd.”
Een gedicht uit het hindoeïsme, waarin sprake is van een zondaar en van genade van de „heer die een al zoetheid” is, zet maar een klein aantal leerlingen op het verkeerde been.
Woorden van christenfilosoof Blaise Pascal over de rede en de ervaring weten de jongeren goed te plaatsen. Het komt erop neer dat het verstand en het mysterie beide een plaats krijgen. „Ik zou het niet beter kunnen zeggen dan jullie”, zo reageert dr. Kater.
Verwondering
Ineke de Vries en Jedidja van Schagen (Greijdanus), en Iris Strijkelt en Margriet van Erp (Pieter Zandt) vinden de colleges interessant. Ineke: „Je gaat je nu meer verdiepen in bepaalde onderwerpen.”
Voor dr. Kater niets dan lof. Jedidja: „Hij liet ons tijdens dit college op zijn manier kijken en wilde zien of we wel kritisch waren.”
Margriet: „Het college zal me in het gesprek met anderen helpen, vooral de wetenschap dat het niet uitmaakt als je iets even niet weet. Het gaat in de eerste plaats om de verwondering.”
Iris: „Ik vind het college heel praktisch. Dr. Kater vertelde wat we in een bepaalde situatie zouden kunnen zeggen.”
Kritiek hebben ze ook, hoewel, maar nauwelijks. Jedidja: „Het college over Calvijn vond ik wat minder. Ik heb nu een minder goed beeld van de reformator dan ik voorheen had.”
Ineke: „Tijdens het eerste college, over de heiligheid van God, was er te veel informatie.” Ze krijgt bijval van Margriet en Iris.
De vier voelen zich in de omgang met de leerlingen van de andere school zeker niet ongemakkelijk. Toch geven ze aan dat er goed beschouwd niet zo veel onderling contact is. „Misschien zou wat meer doorpraten in groepjes helpen”, oppert een van de vier.