Economie

Schulden in zicht? Help, iedereen

LEIDEN. Gedrag van mensen speelt een grote rol in schuldenproblematiek, en de maatschappij moet daar veel beter op inspelen dan nu gebeurt, stelt Nibudonderzoeker Tamara Madern. De maatschappij: dat is iedereen.

16 September 2015 22:14Gewijzigd op 15 November 2020 21:50
Tamara Madern. beeld Simone-Michelle Fotografie
Tamara Madern. beeld Simone-Michelle Fotografie

„Preventie en aanpak van schulden schieten ernstig tekort”, kopt het persbericht over het proefschrift van Tamara Madern. Madern is senior wetenschappelijk medewerker bij het Nibud en promoveert morgen aan de Universiteit Leiden met ”Op weg naar een schuldenvrij leven. Gezond financieel gedrag noodzakelijk om financiële problemen te voorkomen”.

Een aantal zaken valt op bij mensen met schulden, zag Madern. Ze vinden het lastig om de juiste papieren bij elkaar te zoeken, plannen hun financiële toekomst niet zo goed en de controle op en het bijhouden van de administratie is vaak versloft. Dit hoeft allemaal niet te betekenen dat ze het niet kunnen, benadrukt Madern: nogal eens ontbreekt het mensen aan vertrouwen dát ze het kunnen. „Denken dat je iets niet kunt, maakt dat je het niet doet, ongeacht of je dat objectief wel zou moeten kunnen.” Die constatering is van invloed op hoe het probleem moet worden aangepakt. In plaats van investeren in vaardigheden –wat nu centraal staat in „het werkveld”– zou investeren in zelfvertrouwen zinniger kunnen zijn. Concreet zou het volgens Madern helpen om consumenten niet in één keer de enorme taak te geven van ”breng de administratie op orde”, maar dit op te knippen in kleinere taken die gemakkelijk af te ronden zijn.

Een andere conclusie is dat het gedrag van mensen met schulden verandert. Eerst proberen ze de boel alsnog onder controle te krijgen, duiken ze in de kleine lettertjes van financiële producten – maar zodra de schulden ernstiger worden geven velen het helemaal op. Madern pleit voor een verschil in de aanpak van „lichte” en „zware” schuldenaren.

Het onderzoek van Madern wordt gepresenteerd als „de eerste omvangrijke studie in Nederland naar financieel gedrag van mensen met schulden.” Maar wat sprong er nu echt uit, te midden van wat al wel bekend was? „Wat mij opviel, is dat schuldenaren geneigd zijn om flink te werken aan hun probleem”, zegt Madern. „Ze doen hard hun best. Het negatieve imago dat hen aankleeft, is niet terecht. Of het lukt, is een tweede. Met alleen goedkopere spullen kiezen in de supermarkt zijn ze er niet; er is een structurelere oplossing nodig.” Oftewel: behalve zicht op de kleine, dagelijkse zaken is het grote overzicht belangrijk.

Opmerkelijk vindt ze de impact van (niet) sparen. „Ik heb lang aangenomen dat mensen met schulden nu weliswaar geen spaargeld hebben, maar dat wel hebben gehad. Bij de respondenten van mijn onderzoek bleek dat niet zo te zijn. Ik vroeg hun of ze ooit een buffer hadden bezeten van drie keer het huishoudinkomen, en dat was niet zo. Dit gaat door de hele samenleving heen, geldt voor alle inkomens: laag, hoog en modaal. Geen spaarpot hebben maakt je dus echt kwetsbaar.”

De hele maatschappij heeft hier een taak, vindt Madern. „Sociale steun is zo belangrijk. Het helpt als een buurman bijspringt bij de belastingaangifte. We zeggen dat we een participatiemaatschappij zijn, maar in de praktijk valt dat nog tegen. Mensen durven vaak niet eens te praten over hun probleem – maar erover kunnen praten helpt al. We moeten niet te moeilijk denken, laten we klein beginnen.”

Er gebeurt al wel veel op het gebied van schuldhulp, maar volgens Madern zit er nog een gat tussen hulp aan wie diep in de problemen zit, en degenen die in problemen dreigen te komen. Voor die laatste categorie is volgens haar nog een wereld te winnen, wat een hoop ellende zou voorkomen en wat voor iedereen interessant zou zijn, ook voor crediteuren. „In het boek ”Schaarste” (zie kader, CvdH) las ik: Je kunt mensen leren zwemmen, maar als je ze in een zee met woeste golven gooit, gaat het alsnog mis. Laten we zorgen voor een kalme zee, of een meertje.” We, daaronder versta ik maatschappelijke organisaties, schuldeisers, de overheid, en wijzelf. We kunnen praten met mensen, hen werk uit handen nemen, het invullen van papieren zoals de belastingaangifte kan gemakkelijker worden gemaakt.”


In de praktijk

Tamara Madern heeft de bevindingen uit haar onderzoek vertaald in een praktische handreiking voor professsionals (profwinkel.nibud.nl).

l Op het gebied van schuldenpreventie adviseert ze bijvoorbeeld: zorg voor heldere communicatie (dit geldt zowel voor dienstverleners als voor schuldeisers). Andere aandachtspunten voor professionals: Laat mensen aan de slag gaan met hun begroting, gewoontegedrag in kaart brengen, nieuw gewoontegedrag aanleren.

l Bij ”financiële problemen oplossen” luiden de tips: vraag niet te veel van de schuldenaar, zorg voor overwinningen, laat de persoon met schulden zelf de controle houden. Laat hem ook zelf oplossingen bedenken, benoem successen, maak besparen gemakkelijk (door bijvoorbeeld een vast bedrag voor de boodschappen te reserveren).


Armoede beïnvloedt gedrag en andersom

„De armen blijven arm, de eenzamen blijven eenzaam, de drukbezette mensen blijven drukbezet, en diëten mislukken. Schaarste creëert een denkpatroon dat schaarste in stand houdt”, schrijven econoom Sendhil Mullainathan en psycholoog Eldar Shafir in hun bekende boek ”Schaarste” (Amsterdam, 2013, blz. 187). Over dat denkpatroon en over wat schaarste –of dat nu is op het gebied van tijd of geld of iets anders– doet met het gedrag van mensen gaat hun boek. Hier moet de overheid iets mee, betogen ze. Meer inzicht in –en inspelen op– wat er gebeurt in het hoofd van mensen met schulden is nodig. Hun hoofd zit vol, een groot deel van de „bandbreedte” oftewel denkruimte is bezet met zorgen. Psychologisch is het verklaarbaar waarom juist degene die dringend een cursus op financieel gebied nodig heeft, afhaakt en niet in de les verschijnt. Die persoon uitschrijven is dan juist niet handig; ‘straffen’ werkt in principe niet.

”Schaarste” werd een bestseller, sinds de publicatie reist Shafir de wereld over om te praten met politieke leiders en instanties die zich bezighouden met armoedebeleid. Door Obama werd hij benoemd in een commissie die adviseert hoe het volk „financieel capabeler” gemaakt kan worden.


Het zwarte gat

Voor haar onderzoek sprak Tamara Madern allerlei mensen met schulden. Huiseigenaren en werkenden schaart ze onder ”nieuwe schuldenaren”. Mensen met hogere inkomens en een hoge hypotheek vormden een nieuwe risicogroep door de economische crisis. In het Nibudrapport ”Het financiële gedrag van consumenten” stond eerder het voorbeeld van Theo en zijn gezin: „Ze gingen vier keer per jaar op vakantie en gaven geregeld 400 euro per week uit aan boodschappen. Sparen deden ze nooit, behalve voor specifieke doelen. Sinds juni vorig jaar is dat echter anders. Theo had een financiële tegenslag en moest ineens veel geld betalen. Doordat ze geen spaargeld hadden lukte dit niet en hebben ze een flinke schuld gecreëerd. Nu leven ze sober en gaat al het geld dat ze over hebben naar de aflossing van de schuld. Hij wil zo snel mogelijk van zijn schuld af zijn. De kinderen weten dat ze niet naar de Efteling kunnen omdat al het geld naar het ‘zwarte gat’ gaat.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer