Alle reden om wonderen te accepteren
Je raakt met je ongelovige buurman in gesprek over de Bijbel. Hij heeft gelezen dat Jezus 5000 mannen zou hebben gevoed van vijf broden en twee visjes. Zoiets kan een serieus mens in de 21e eeuw toch niet geloven? Hij concludeert dat je alleen kunt geloven als je niet goed nadenkt. Het geloof is dus slecht voor de wetenschap.
JA
Je buurman heeft natuurlijk gelijk dat een christen erkent dat de rede niet de hoogste norm is en dat er daarom grenzen aan de wetenschap zijn. De grote vooronderstelling van het christelijk geloof is namelijk dat God groter is dan de schepping, groter dan de mens en dus ook groter dan ons verstand. Het is daarom geen wonder dat we veel van God en Zijn werk niet begrijpen. Als we God met ons verstand zouden kunnen begrijpen, zou Hij helemaal geen God zijn. Dan zou Hij van de orde van het hier en het nu zijn.
Intussen heeft je buurman wel een punt. Er zijn niet alleen niet-christenen, maar ook christenen die menen dat geloof en wetenschap elkaar uitsluiten en grote vijanden van elkaar zijn. In feite zitten ze op dezelfde golflengte als je buurman als ze geloof en redelijk denken tegenover elkaar plaatsen. Dat brengt veel christenen tot een soort gespletenheid van een leven in twee werelden: een wereld van de zondag en een wereld van doordeweeks.
Je buurman heeft natuurlijk ook gelijk dat we kritisch moeten kijken naar allerlei wonderverhalen. Er zijn heel wat mensen die menen dat ze spoken en geesten hebben gezien, dat ze engelen hebben meegemaakt, of wonderlijk genezen zijn. Bij nader onderzoek is het echter allemaal psychologisch te verklaren of kunnen er andere ‘natuurlijke’ verklaringen voor gegeven worden.
NEE
Toch moeten we je buurman (en sommige christenen) radicaal tegenspreken. Ten eerste klopt het niet dat het christelijk geloof iets is voor mensen die niet nadenken. Integendeel. Historisch gezien is juist het christelijk geloof de grote stimulator geweest van wetenschappelijk onderzoek. In China had de wetenschap al heel vroeg een hoge vlucht genomen. In de islamitische wereld was er ook al eeuwen geleden een hoge ontwikkeling. Toch heeft het wetenschappelijke denken zich daar niet zo kunnen doorzetten als binnen het christelijke Westen.
Wat is daarvan het geheim? Het antwoord is dat het christendom gelooft in een Schepper Die niet vereenzelvigd kan worden met de schepping en Die anderzijds wel herkenbaar is in de schepping. Dit spannende evenwicht geeft een goed kader om onderzoek te doen naar de orde in de schepping. Deze theologische principes hebben wetenschappers gestimuleerd om de structuren van de schepping te ontdekken. Dus het christelijk geloof houdt mensen helemaal niet dom. Integendeel. Er is geen religie die een betere basis biedt voor het wetenschappelijk onderzoek dan juist het christelijk geloof.
Het behoort –in de tweede plaats– wel tot deze christelijke kaders om de grenzen van de wetenschap in acht te nemen. Omdat God veel groter is dan ons menselijk verstand, zijn juist de echte wetenschappers bescheiden. Vanuit de grootheid van God en vanuit het besef dat de Schepper deze wereld elke seconde in stand houdt, beseft de gelovige wetenschapper dat er grenzen zijn aan de wetenschap en dat natuurwetten nooit iets uit kunnen sluiten. Als we zeggen dat iets niet kan –een wonder bijvoorbeeld– doen we alsof natuurwetten God zijn.
Stel je voor dat je huisarts bij het ziekteproces van je moeder zegt: „Dit proces klopt niet, mevrouw, omdat het niet rijmt met de wetmatigheden die ik in mijn studie heb geleerd.” Wat is je antwoord? Zoiets: „Waarschijnlijk moet de theorie worden aangepast aan de werkelijkheid, omdat de werkelijkheid zich niet laat inkaderen door de theorie.”
Zo komen we ten derde op het geloof in wonderen. Er hoeft slechts één wonder te gebeuren om te laten zien dat wonderen mogelijk zijn. Als het gaat om het specifieke wonder van de voeding van 5000 mannen, kunnen we best veronderstellen dat er ook een vergelijkbaar aantal vrouwen en kinderen bij is geweest. Het moet een indrukwekkende menigte zijn geweest. Stel dat deze geschiedenis behoort tot de legendes die rondom Jezus zijn ontstaan, zouden de evangeliën dan onbestreden zijn gebleven door de duizenden die hier als historische bewijzen worden opgevoerd? Neen immers. Kortom, er is alle reden om dit historische wonder te aanvaarden.
DUS
We hebben alle reden om de wonderen in de Bijbel te accepteren. Zo zijn we nog zekerder van de betrouwbaarheid van Gods Woord en beseffen dat we een levende God hebben Die niet is opgesloten in het hier en het nu.