„Effecten noodsteun EU weinig onderzocht”
DEN HAAG (ANP). Het is onvoldoende duidelijk of de 440 miljard euro die de afgelopen vijf jaar aan noodsteun zijn gegeven aan Griekenland, Spanje, Portugal, Ierland en Cyprus ook echt effectief worden besteed. Dat blijkt uit een rapport van de Algemene Rekenkamer donderdag. Volgens de Rekenkamer wordt de effectiviteit van de steunprogramma’s „tot op dit moment door de betrokken instanties weinig onderzocht”.
De Rekenkamer constateert ook dat het „beperkt mogelijk” is de besteding van de miljarden te volgen. Onafhankelijke evaluaties zijn er niet. „Het valt ons tegen hoe moeilijk te volgen is waar het geld precies naar toe gaat”, aldus Kees Vendrik van de Algemene Rekenkamer in een toelichting.
Hij wijst er op dat ook landen als Ierland en Spanje, waar het inmiddels beter gaat, nog jaren bezig zullen zijn met het terugbetalen van leningen. „Je moet zicht houden op de vraag of het daar goed gaat. Gaan ze het geld terugbetalen? Het valt tegen dat het onafhankelijk zicht op de effectiviteit niet goed geregeld is. Wij denken dat de koele analyses van economen, accountants, experts kunnen helpen om besluitvorming vooruit te helpen.”
Vendrik stelt dat de ministers van Financiën, eerst CDA’er Jan Kees de Jager, daarna PvdA’er Jeroen Dijsselbloem, de Tweede Kamer altijd goed hebben geïnformeerd. Hij roept Dijsselbloem op in Brussel te bepleiten dat de noodlanden duidelijk maken waar zij de miljarden aan besteden. Als dit gebeurt via onafhankelijke en openbare rapportages, dan krijgen ook de parlementen van de donerende landen, zoals Nederland, inzicht in de werking van de noodleningen.
Dijsselbloem heeft de Rekenkamer laten weten een deel van de aanbevelingen over te nemen. Hij vindt wel dat er breder gekeken moet worden dan de precieze besteding van de miljardensteun om te kunnen zien of steun effectief was. Bovendien, de Europese noodsteun is niet gericht op het financieren van specifieke projecten, maar was veelal algemene begrotingssteun. Die was nodig omdat probleemlanden als Griekenland geen geld meer konden lenen op de internationale kapitaalmarkt.