„Studenten opgezadeld met enorme schuld”
UTRECHT. Voor nieuwe studenten zit er vanaf dit studiejaar niets anders op: ze moeten meer geld gaan lenen om hun studie te betalen. De basisbeurs verdwijnt. Zullen studenten sneller gaan studeren om hoge schulden te voorkomen? Meer gaan werken? Bij hun ouders aankloppen? Of langer thuis blijven wonen?
Voor studentenvakbond LSVb is het duidelijk: meer werken zet voor een eerstejaars geen zoden aan de dijk. Met het minimumjeugdloon moet hij een baantje van zo’n anderhalve dag per week nemen om het bedrag van de basisbeurs van ruim 280 euro te verdienen. Daar valt nog niet van te leven, dus zal de student nog meer moeten werken, of geld gaan lenen. Wat hij ook doet, van één ding is de vakbond overtuigd: studenten worden met een enorme studieschuld opgezadeld. „Daar valt niet aan te ontkomen”, stelt LSVb-voorzitter Sara Spano. Ze becijfert dat door het schrappen van de basisbeurs de gemiddelde studieschuld stijgt met 13.000 euro tot boven de 25.000 euro.
Na jarenlange discussies slaagde onderwijsminister Bussemaker erin om een politieke meerderheid te vinden voor het leenstelsel: studenten gaan zo meer bijdragen aan de kosten van hun studie. Het geld dat overblijft, oplopend tot 1 miljard, steekt ze in het hoger onderwijs. Studenten die al bezig waren met een studie houden de basisbeurs en hebben daarnaast recht op een lening en een aanvullende beurs. Voor nieuwe studenten vervalt de basisbeurs: zij moeten gaan lenen. Ze mogen zelf weten hoeveel, maar het maximum is ruim 850 euro.
Volgens de LSVb komt de student voor een dilemma te staan: meer gaan werken om de studie te betalen, met als gevolg dat de studie langer zal duren. Of sneller studeren om zo min mogelijk te lenen. Voor activiteiten naast de studie is dan minder tijd, vreest de studentenvakbond. Dat gaat ten koste van zijn uitzicht op een goede baan. „Werkgevers zitten niet te wachten op iemand die nooit wat naast zijn studie heeft gedaan”, verwacht Spano.
Begroting
Zullen studenten dan zwaarder op hun ouders gaan leunen als ze geen hoge schulden willen en de studie niet willen laten lijden onder allerlei bijbaantjes? Ruim de helft van de studenten krijgt al geld van de ouders, gemiddeld 179 euro per maand, blijkt uit cijfers van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud). Lang niet alle ouders zullen er in slagen om hun kinderen zonder studieschuld te laten afstuderen, stelt het instituut. Het adviseert om een goede studiebegroting te maken en dan te bezien in hoeverre de student bij de ouders de hand kan ophouden of dat hij toch meer zal moeten lenen of werken. Een enquête van het Nibud wijst uit dat 58 procent van de studenten meer lenen als een mogelijkheid ziet, 53 procent overweegt meer te gaan werken.
Meer inkomsten dus, maar zuiniger leven is ook een optie, bijvoorbeeld door thuis te blijven wonen. Bijna een op de drie studenten die nu nog een basisbeurs krijgen, zou bij zijn ouders intrekken als hij die beurs kwijt zou raken. Dan blijven er nog twee manieren over om onder een hoge studieschuld uit te komen. Volgens de LSVb is nu al te zien dat studenten minder snel kiezen voor studies die lager betaalde banen opleveren, zoals studies op het gebied van taal en cultuur.
LSVb voorzitter Spano noemt dit „verontrustend”, maar een woordvoerder van de vereniging van universiteiten VSNU doet dit af als „volstrekte onzin.” Talenstudies zitten al jaren in de min en ook studies die goede banen opleveren, zoals geneeskunde en economische opleidingen, trekken minder studenten.
De meest drastische optie om een studieschuld te voorkomen is helemaal niet aan een studie beginnen. Maar het ministerie van Onderwijs en de universiteiten wijzen erop dat hier helemaal niets van blijkt: er melden zich net zo veel nieuwe studenten als vorig jaar.