Christenen Pakistan beticht van blasfemie
GUJRAT. Vijftien Pakistaanse christenen worden beschuldigd van blasfemie omdat een overleden voorganger op een poster zou zijn aangeduid als ”profeet”.
Dat meldde de christelijke nieuwsdienst World Watch Monitor donderdag. De kwestie speelt zich af in de stad Gujrat, in de noordoostelijke provincie Punjab.
In juli, tijdens de ramadan, keurde premier Sharif een voorstel goed waarin het wordt verboden om islamitische termen in het Engels te vertalen. Zo mag ”Allah” niet als ”god” worden weergegeven, en ”masjid” niet als ”moskee”. Ook de term ”rasool” (apostel of profeet) mag niet worden vertaald. Iemand aanduiden als profeet ligt bovendien gevoelig omdat dat wordt gezien als uitdaging richting de profeet Mohammed, die volgens de islam de laatste profeet was.
In Gujrat werd deze maand onder christenen een uitnodiging verspreid voor een herdenkingsbijeenkomst op 16 augustus. Daar zou de voorganger Fazal Masih, die twintig jaar geleden overleed, worden herdacht. Op de flyer stonden portretten van de vijftien christenen, allen ambtsdragers van de groepering Biblical Church of God. Van de overleden voorganger Fazal werd gezegd dat hij beschikte over de gaven van de Geest en profetische gaven had.
De dag voor de herdenkingsbijeenkomst riep een lokale moskee de moslims bijeen om de kwestie te bespreken. Aansluitend ging de politie de wijk door om alle flyers te verwijderen. Christenen die bezig waren de bijeenkomst voor te bereiden, werden opgepakt op verdenking van lastering van de profeet Mohammed.