Uit cijfers van oktober tot juli blijkt dat in Irak in totaal vier keer ongewild een schot is afgegaan. Drie keer gebeurde dat op de trainingslocatie Atrush in Erbil, waar ook de Peshmerga gewond raakte. In Irak is ook nog een keer een Nederlandse wapen afgegaan in een hotel in Erbil.

In het Afrikaanse Mali ging het zes keer mis. Een keer schoot een militair zich in zijn eigen been tijdens wapenonderhoud in de omgeving van Kidal. Op kamp Castor in Gao klonk vier keer onbedoeld een schot. Dat gebeurde onder meer tijdens een wachtdienst aan de poort. In Afghanistan, waar een relatief kleine Nederlandse missie is, ging een wapen per ongeluk af in Mazar-i-Sharif.

In de periode januari 2012 tot oktober 2014 gebeurde het zeven keer dat per ongeluk een schot werd gelost tijdens een buitenlandse missie. Defensie wijst erop dat de relatief grote missies in Irak en Mali bijdragen aan de stijging.

Volgens Defensie „laten de incidenten in missiegebieden in 2015 zien hoe belangrijk veiligheidsbewustzijn is en dat we daaraan moeten blijven werken. De betrokken militairen zijn hierop aangesproken. Hier gaat ook een waarschuwende werking vanuit naar andere militairen.”

De ongewilde schoten klonken ook in Nederland. Bij marechaussees, die dagelijks hun wapen moeten laden en ontladen, gebeurde het 42 keer dat een wapen per ongeluk afging in de zogeheten laad- en ontlaadinrichting. Die is bedoeld om een kogel op te vangen bij een onbedoeld schot.

Volgens advocaat Sébas Diekstra, reserve-majoor bij de landmacht, spelen bezuinigingen een rol. „Trainingen voor uitzendingen bevatten soms nog maar één schietmoment en veiligheidsmaatregelen worden beperkt getraind. Dat is echt veel te weinig om met een vuurwapen vertrouwd te kunnen raken”, aldus Diekstra, die militairen heeft bijgestaan die per ongeluk een schot hadden gelost.

Defensie stelt echter dat er niets schort aan de opleiding: „Elke militair wordt opgeleid om correct om te gaan met wapens. Met oefening en training wordt het niveau op peil gehouden.”