Werkzoekenden zijn grijzer geworden
DEN HAAG (ANP). Het bestand ingeschreven werkzoekenden is in de afgelopen 25 jaar vergrijsd. In 1990 stonden er relatief weinig ouderen (55-65 jaar) ingeschreven en veel jongeren (15-25 jaar). Nu zijn die verhoudingen precies omgedraaid, zegt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Het totaal aantal bij het UWV ingeschreven werkzoekenden was in 1990 850.000 tegen 880.000 in 2014. Daar zit weinig verschil in, maar als het gaat om hun aandeel hebben jongeren en ouderen dus stuivertje gewisseld.
In de jaren negentig was een van de vijf werkzoekenden 45 jaar of ouder. In 2014 is dat meer dan de helft. Het relatieve aandeel van de groep van 55 tot 65 jaar is zelfs vijfmaal zo groot: 25 procent tegen 5 procent in de jaren negentig.
De belangrijkste verklaring voor het gestegen aandeel van ouderen in de UWV-bestanden is de algehele veroudering van de Nederlandse bevolking. In 2014 waren er ruim anderhalf keer meer Nederlanders van 55 tot 65 jaar dan begin jaren negentig.
Ook is de zogenoemde bruto arbeidsparticipatie van die leeftijdsgroep flink toegenomen. Dat wil zeggen dat meer 55- tot 65-jarigen betaald werk hebben of werkloos zijn. De lage arbeidsparticipatie in 1990 is voor een deel te verklaren doordat werknemers toen vaker dan nu met vervroegd pensioen gingen of een WAO-uitkering hadden.
In de laatste tien jaar liep de arbeidsparticipatie van 55- tot 65-jarigen op van 44,6 naar 64,9 procent. Sinds 2008 nam vooral het aantal werklozen toe. De kans op het vinden van werk is voor oudere werklozen relatief klein. In de leeftijdsgroep 15 tot en met 45 jaar uit 2013 had bijna de helft een jaar later betaald werk. Van de 45- tot 75-jarige werklozen was dat ruim een op de vijf.