Opinie

Commentaar: Al te gemakkelijk breken van beloften schaadt de totale politiek

Het is in de Haagse arena bepaald geen nieuw thema: politici en hun gebroken verkiezingsbeloften. Toch was het opmerkelijk hoezeer in het woensdag gehouden Kamerdebat over het Europese steunpakket aan Griekenland bijna alle gedachte­wisselingen rond dit ene onderwerp cirkelden.

Hoofdredactioneel commentaar
20 August 2015 12:02Gewijzigd op 15 November 2020 21:10
Premier Rutte in het debat over het hulppakket voor Griekenland, beeld ANP.
Premier Rutte in het debat over het hulppakket voor Griekenland, beeld ANP.

De aanleiding is bekend: premier Rutte heeft inmiddels als geen ander naam gemaakt als een politicus die zijn verkiezingsbeloften breekt. De PvdA was in de campagne van 2012 zo ongeveer staatsvijand nummer één. Rutte ging er na de verkiezingsuitslag meteen mee samenwerken. Elke Nederlander zou er, als de VVD in de regering kwam, 1000 euro op vooruitgaan. Slechts weinig burgers hebben dat in hun portemonnee gemerkt. En als klap op de vuurpijl: VVD-lijsttrekker Rutte beweerde in diezelfde campagne dat hij een nieuw Europees steunpakket voor Griekenland beslist niet zou steunen. Een krappe drie jaar later gaat hij akkoord met een royale EU-subsidie van maar liefst 86 miljard euro.

Dát er in het Kamerdebat van woensdag zozeer gefocust werd op deze gebroken belofte, had Rutte voor een deel aan zichzelf te wijten. Verstandig van de minister-president was dat hij recent uit eigen beweging al had toegegeven dat hij de belofte uit 2012 niet was nagekomen. Die ruiterlijke erkenning van enkele weken geleden maakte zijn uitgangspositie in het Kamerdebat van woensdag relatief gunstig. Immers, als iemand zijn fout al een- of tweemaal heeft betreurd, valt er voor zijn politieke tegenstanders niet zo veel eer meer aan te behalen om hem nogmaals met zijn neus in het stof te duwen.

Toch liep het woensdagmiddag anders. Doordat de 
premier zijn uitspraak van drie jaar geleden toch 
nog probeerde te vergoelijken door te stellen dat 
hij in het desbetreffende RTL-verkiezingsdebat alleen een verkeerde, want te positieve inschatting had gemaakt van de toe­komstige ontwikkelingen in Grieken­land, stortten 
alle oppositiewoord­voerders zich veront­waardigd op de minister-president. Nee! Het was niet zomaar een inschattings­foutje, niet primair een inhoudelijke misser, maar een bewuste elec­torale stunt, die uiteindelijk fataal is af­gelopen, 
riepen woensdagmiddag zijn critici in koor.

En gelijk hebben ze. Een politicus die parmantig gedane beloften in alle opzichten breekt, mág zich er niet van afmaken met frasen als: ik vind het vervelend, maar ja, dit hoort bij de politiek. Of: tja, andere politici moeten ook weleens ergens op terugkomen. Dat is te goedkoop en een rammelende redenatie.

Zijn politici beloftebrekers? Gelukkig in veel gevallen niet. In een gedegen onderzoek liet de politicoloog Robert Thomson in 1999 zien dat coalitiepartijen gemiddeld 57 procent van hun voornemens en beloften in beleid omzetten. Dat is niet zo’n heel slechte score.

Het beeld dat veel burgers van de politiek hebben, is echter helaas een stuk negatiever. En het jammere van escapades als die van Rutte is dat zij dít beeld versterken. Dat doet schade aan het totale politieke bedrijf en ondermijnt het gezag van de overheid. Dat moet –het zij met enige pijn opgeschreven– de minister-president van dit land zich wel aantrekken.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer