Turkije weer het toneel van aanslagen
ISTANBUL. Istanbul is woensdag opnieuw het toneel geweest van een aanslag. Twee mannen vielen met automatische vuurwapens en een handgranaat politieagenten aan die de wacht hielden bij het Dolmabahce Paleis, een toeristische trekpleister in de Turkse metropool. Niemand raakte bij de aanslag gewond. De vermeende daders werden al snel gauw opgepakt.
In het paleis is een museum gevestigd dat populair is bij toeristen. Het kantoor van de Turkse premier Davutolgu ligt vlakbij.
Het paleis, dat nog bewoond is door de Turkse staatsman Atatürk, ligt aan de oever van de Bosporus, aan de Europese zijde.
Turkije is alert op aanslagen sinds het land onlangs de oorlog verklaarde aan het terrorisme. Het land voert geregeld luchtaanvallen uit op stellingen van de terreurgroep IS in Irak en op doelen van de verboden Koerdische Arbeiderspartij (PKK) in Syrië.
Woensdag nog kwamen in het zuidoosten van het land acht militairen om bij een bomaanslag. Waarschijnlijk is dit het werk van de PKK. Het geweld tussen Turkije en de PKK is vorige maand opgelaaid na een jarenlange wapenstilstand. De Turkse luchtmacht heeft sinds juli al honderden PKK-strijders gedood.
De Turkse kiezers gaan waarschijnlijk op 1 novemberweer naar de stembus. Vorige week was er nog sprake van december. De kiesraad heeft de datum voorgesteld voor nieuwe parlementsverkiezingen. Die zijn nodig omdat het niet is gelukt een regeringscoalitie te formeren.
Turkije koos in juni een parlement. De AK-partij van Davutoglu en president Erdogan verloor de absolute meerderheid. De partij is echter niet in staat gebleken een coalitie te vormen. De partij krijgt hiermee een nieuwe kans om toch de meerderheid te krijgen.
