Binnenland

Oprichter coffeeshops ruim jaar in Thaise cel

BANGKOK/TILBURG (ANP). Johan van Laarhoven vierde grote successen met zijn coffeeshopketen The Grass Company. Hij dacht in Thailand van zijn pensioen te gaan genieten. Inmiddels zit hij er al ruim een jaar onder erbarmelijke omstandigheden vast. Hij wordt verdacht van het witwassen van geld dat hij met zijn shops in Tilburg en Den Bosch verdiende. De zaak nadert zijn ontknoping.

20 August 2015 09:23Gewijzigd op 15 November 2020 21:10

Begin september is in Bangkok de laatste zitting in het proces tegen de Tilburger. De uitspraak volgt waarschijnlijk in december. Voor de Thaise rechter is het een lastige klus: hij moet zich verdiepen in het complexe Nederlandse gedoogbeleid.

De verdediging stelt onomwonden dat het Nederlandse Openbaar Ministerie (OM) de Thai gebruikt om Van Laarhoven aan te pakken. „De zaak in Nederland lijkt namelijk een mislukking te worden, terwijl er enorm veel tijd en geld in is geïnvesteerd”, zegt advocaat Sidney Smeets.

In Nederland begon in 2011 een onderzoek naar The Grass Company, die vier vestigingen heeft. Er werd een grote hoeveelheid softdrugs gevonden en Van Laarhoven zou geld witwassen. „In de tussentijd is de jurisprudentie over coffeeshops 180 graden gedraaid”, stelt Smeets. „Rechters zijn niet meer van achterdeurzaken gediend.”

„Verzoek om een onderzoek in Thailand te openen”, luidt het onderwerp van een brief die een Nederlandse politiefunctionaris in de zomer van 2014 naar de Thaise aanklager stuurt. In het schrijven staat dat Van Laarhoven wordt verdacht van het runnen van een criminele organisatie die „misdrijven pleegt die strafbaar zijn onder de Nederlandse opiumwet”. Dat verkoop van softdrugs in coffeeshops wordt gedoogd, vermeldt hij niet.

Van Laarhoven en zijn Thaise vrouw worden anderhalve week later uit hun villa geplukt en in een overvolle cel gezet. Een jaar later is de Tilburger er slecht aan toe. „Hij is 15 kilo afgevallen, heeft problemen met zijn galblaas, een oorontsteking en zweren op zijn voeten”, somt zijn advocaat op.

Tijdens de rechtszaak verklaren Nederlandse politiemensen niet veel van het gedoogbeleid te weten. Smeets: „Kennelijk is het de bedoeling het zo vaag mogelijk te houden.” Wel ziet hij rechters die een „open en onafhankelijke indruk maken”. „Ze proberen goed in de materie te duiken. Dat is hoopvol.”

Het OM in Breda wil niet reageren. De zaak hier is nog in voorbereiding, aldus een woordvoerster. Wat de Thaise zaak betreft verwijst ze naar een uitspraak van het gerechtshof in Den Haag, dat bepaalde dat Nederland niet verplicht is zich in te spannen voor uitlevering van de Tilburger.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer