Conciërge Pieter Zandt ziet leerlingen graag weer komen
KAMPEN. Leerlingen uit het noorden van het land mogen komende week weer aan de bak. Een deel van het schoolpersoneel ging de afgelopen dagen al aan het werk. Een docente: „Ik bid elke dag of ik tot zegen mag zijn.”
Op het schoolplein van de Pieter Zandt scholengemeenschap in Kampen zijn conciërges in de weer met karren. „Hier stonden dozen met schoolboeken in”, vertelt conciërge Dries van Dorp (54) vrijdagmiddag rond drie uur. Hij heeft geholpen met het laden van schoolboeken voor de nevenvestigingen in Staphorst, Urk en IJsselmuiden.
In een Kamper klaslokaal staan tientallen oranje-blauwe dozen met de lesboeken voor scholieren. Aan de wand wat huisregels: Geen ruw taalgebruik. Lokaal netjes houden. Hier krijgen de leerlingen Engels bijgebracht. „I am. You are. She is”, staat er op een poster. Aan het plafond in de gang hangen de Engelse en de Amerikaanse vlag.
Voor Van Dorp en sommige van zijn collega’s begon afgelopen week het werk weer. „We brengen alles weer in gereedheid en zorgen dat alles pico bello is. Zo voorzien we de vuilnisbakken in de aula’s en de hal van nieuwe zakken. De ramen zijn gewassen, het schoolplein is aangeveegd. Huurfietsen zijn weer gebruiksklaar. Die zijn voor leerlingen die even de stad in willen. We hebben zo’n 750 stoelen klaargezet voor de Eliëzer- en Obadjaschool in Zwolle. Die houdt hier zaterdag de opening van het schooljaar.”
Meeleven
Van Dorp wijst op een wand met kunstwerken. Die verbeelden in honderden kleurige steentjes Bijbelse verhalen. „Je ziet bijvoorbeeld Mozes in het biezen kistje, de barmhartige Samaritaan en de herder met het verloren schaap.” Op een ander kunstwerk staan kernwoorden die op een bezinningsdag aan bod kwamen. Respect. Meeleven. Toewijding. Verantwoordelijkheid. Moed. Betrouwbaarheid. Daarnaast een Bijbeltekst: „Dit is Mijn gebod, dat gij elkander liefhebt, gelijkerwijs Ik u liefgehad heb.” „Voor deze kunstwerken is een gipswand gemaakt. Die is gestuukt. Er is gezaagd en geboord. Dat zorgde voor rommel op de vloer. We hebben de zaak schoongemaakt.”
De ongeveer 300 docenten van de Pieter Zandt komen maandagmorgen op school. „Eerst is er een gezamenlijke opening. De automaat zorgt voor koffie en thee; 250 koffie en 50 thee schat ik in. Rond de middag zorgen wij voor soep en broodjes.”
De conciërge is blij dat de scholieren volgende week weer opdraven. „Dat brengt leven in de brouwerij. De raddraaiers ken ik het beste. Die krijgen vaker straf; dan moeten ze bijvoorbeeld bij ons nakomen. Meestal zijn het jongens. Met hen ontwikkel ik toch een band. Ik ben in voor een geintje. Maar als ik zeg dat het afgelopen moet zijn, moet het ook zijn afgelopen.”
Tweede taal
Docente Anne-Esther Visscher is naar de Pieter Zandt gekomen om wat boeken op te halen. Haar man en drie jonge kinderen wachten op het schoolplein. Ze hoopt komend schooljaar twee dagen per week weer Nederlands te geven in Urk. „Daar is Nederlands de tweede taal. Ik heb weer zin in lesgeven.”
De nacht voor de dag dat Visscher nieuwe leerlingen ziet, slaapt ze niet al te best. Wie zal ze ontmoeten? „Alle leerlingen hebben in figuurlijke zin een rugzakje. Ze kunnen thuis problemen hebben. Ik bid elke dag of ik iets van Gods liefde mag doorgeven en tot zegen mag zijn.”
Is het lastig om pubers lesstof bij te brengen? „Je moet eerlijk zijn, direct en betrouwbaar. En niet te lief.”