Thessaloniki was eens het Jeruzalem van de Balkan
Wie het centrum van de stad Thessaloniki te voet doorkruist, kan zich amper voorstellen dat een eeuw geleden de Joden hier de grootste bevolkingsgroep vormden en dat de Noord-Griekse havenstad als het Jeruzalem van de Balkan bekendstond. Anno 2015 zijn de Joden zo goed als weggevaagd. Zelfs hun sporen zijn bijna volledig uitgewist.
Dr. Hero Hokwerda spreekt met weemoed over het verleden van Thessaloniki. „In 1900 was het een multiculturele stad met tegen de 200.000 inwoners. Bijna de helft was Joods, een kwart Turks en een vijfde Grieks en dan waren er nog wat, zeg maar, diversen. De stad was een wirwar van talen, culturen en godsdiensten die in redelijke orde naast en door elkaar heen leefden. Nu, ruim een eeuw later, wordt de tweede stad van Griekenland bijna uitsluitend bevolkt door Grieken.”
Hokwerda, tot aan zijn pensioen een jaar geleden verbonden aan de Universiteit van Amsterdam als docent Nieuwgrieks, maakte de tweede helft van de jaren zeventig kennis met Thessaloniki toen hij er een postdoctorale studie volgde. „Twee jaar heb ik er gewoond, en dan leer je die stad en zijn Joodse verleden kennen. Je hoort erover, je leest erover, en ik moet zeggen dat de Joodse geschiedenis van de stad me nooit meer los heeft gelaten.”
Van grote betekenis voor Hokwerda is de „prachtige” Griekse schrijver Yorgos Ioannou geweest. „Driekwart van het werk van Ioannou speelt zich af in Thessaloniki. Echte verhalen schrijft hij niet, het zijn meer herinneringen, overpeinzingen. Zijn ouders zijn Grieken die in 1923 vanuit Klein-Azië naar Thessaloniki zijn gevlucht. Dat gezin komt in een appartement tussen de Joden terecht. Daar maakt Ioannou het wegvoeren van de Joden mee. Als hij op een middag uit school komt, is de flat zo goed als verlaten omdat alle Joden op transport naar de vernietigingskampen zijn gezet. Ioannou beschrijft dat met veel liefde en mededogen.”
Al in de Bijbel wordt er over de Joden in Thessaloniki gesproken. De apostel Paulus preekte er in de synagoge. Is bekend hoe die Joden er zijn gekomen?
Hokwerda: „Thessaloniki is in 315 voor Christus gesticht. Van het begin af aan waren er Joden in de stad. Joden zaten bijna overal in het oostelijke Middellandse Zeegebied. Waarschijnlijk dreven ze handel.”
Thessaloniki werd vooral een Joodse stad toen in 1492 en later de Joden uit Spanje en Portugal werden verdreven. „De Joden mochten op het Iberisch schiereiland blijven als ze zich tot het christendom bekeerden, maar de meesten deden dat niet en trokken weg. Deze sefardische Joden, zoals ze worden genoemd, vestigden zich voor een deel in de Nederlanden, maar een veel grotere groep, naar schatting 20.000, vestigde zich in Thessaloniki.”
De stad was sinds 1430 in handen van de Turken. Door wegvoeringen of doordat de burgers waren weggevlucht, was Thessaloniki op sterven na dood. Sultan Bejazid II van het Ottomaanse Rijk haalde de sefardische Joden ertoe over om zich in Thessaloniki te vestigen en de stad zo weer tot leven te wekken. Deze strategie was uiterst succesvol. Rond het midden van de zestiende eeuw was de bevolking aangegroeid tot 30.000 inwoners en had de stad de hoogste belastingopbrengst per hoofd van de Balkan, waarmee Thessaloniki de belangrijkste bron van inkomsten had van alle steden ten westen van Istanbul.
De Joodse dichter Samuel Usque schreef in 1537 dat „er een stad in het Turkse koninkrijk is die voorheen tot de Grieken behoorde, maar in onze dagen een ware moederstad is voor het Jodendom. Want deze stad rust op de zeer diepe fundamenten van de wet.” En toen Joden in Zuid-Frankrijk om informatie over de omstandigheden ter plaatse vroegen, kregen ze als antwoord: „Kom ook naar Turkije en je zult leven net als wij, in vrede en vrijheid.”
De oproep miste zijn uitwerking niet. Maar ook Joden uit Italië en Midden- en Oost-Europa, zogenaamde asjkenazim, kwamen naar Thessaloniki, aldus Hokwerda. „Al die verschillende groepen Joden assimileerden tot één groep, in elk geval taalkundig: ze spraken allemaal het ladino, dat wil zeggen Spaans vermengd met wat Joodse termen. Tot in de twintigste eeuw werd dit in Thessaloniki gesproken. De elite was in de negentiende eeuw overigens helemaal op Parijs gericht en was sterk Franstalig. De Orient Express had niet voor niets een vertakking naar Thessaloniki.”
Hadden de Joden, Turken en Grieken respect voor elkaar?
Hokwerda: „De algemene indruk is dat al die groepen min of meer in vrede met elkaar samenleefden. Daar moet wel de kanttekening bij worden geplaatst dat ze niet zozeer samen als wel naast elkaar leefden.”
De situatie in de stad veranderde drastisch toen Thessaloniki in 1912 bij Griekenland werd gevoegd. „De Joden werden opeens onderdanen van de Grieken. Er zijn door de Joden pogingen ondernomen om van Thessaloniki een internationale stad te maken, maar dat was niet haalbaar.”
De Joden werden ook nog eens een minderheid in de stad toen in 1923 de bevolkingsuitwisseling tussen Turkije en Griekenland plaatsvond. „De Turken moesten Thessaloniki verlaten en naar Turkije vertrekken. Omgekeerd moesten de Grieken Turkije verlaten en zich in Griekenland vestigen. Tienduizenden Grieken streken neer in Thessaloniki. De Grieken die er al van voor 1912 waren hadden een zekere verstandhouding met de Joden, maar de nieuwkomers hadden geen boodschap aan de Joden. Zij kwamen bovendien zelf arm en berooid aan en moesten een nieuw bestaan opbouwen. Met de Joden kwamen zij dus in een concurrentieverhouding te staan. Dat leidde tot het nodige antisemitisme.”
De veranderde stemming leidde ertoe dat veel Joden Thessaloniki verlieten. „Waren er in 1912 nog 85.000 tot 90.000 Joden, bij het uitbreken van de oorlog waren het er nog maar 49.000.”
En toen kwamen de Duitsers…
Hokwerda: „Ja, en aan het einde van de oorlog waren er nog maar 2500 Joden. Van al hun synagoges was er nog maar één over. Dit gebedshuis bleef intact omdat het Rode Kruis daar was ingetrokken.”
Deed de Griekse bevolking niets voor de Joden?
„In Thessaloniki maar heel weinig. In Athene sprak de aartsbisschop zich openlijk uit tegen de Duitse maatregelen. Van de Atheense politiecommissaris is bekend dat hij goed werk voor de Joden heeft verricht. Op het eiland Zakynthos wilden de Duitsers een lijst met alle Joden die er woonden. De bisschop en de politiecommissaris overhandigden een lijst met slechts twee namen, die van henzelf!
De Grieken in Thessaloniki gebruikten de Duitsers zelfs om de enorme Joodse begraafplaats te ruimen. De begraafplaats waar 300.000 tot 500.000 Joden lagen, was de Grieken al jaren een doorn in het oog. Met toestemming van de Duitsers is de begraafplaats in december 1942 in twee dagen tijd geruimd. Overal lees je dat de Duitsers het initiatief hiertoe hadden genomen, maar het waren de Grieken zelf. Bizar is dat de grafstenen zelfs werden gebruikt voor de bestrating. Toen ik eind jaren zeventig in Thessaloniki was, zaten er in het trottoir nog stenen met Joodse teksten.”
Hoe is de relatie nu tussen Joden en Grieken?
„In het dagelijks leven zijn er geen problemen. Maar het monument dat herinnert aan de wegvoering van de Joden is er pas in 1997 gekomen. De Grieken zeggen zelf altijd dat ze geen antisemieten zijn. Maar je moet constateren dat het antisemitisme latent altijd aanwezig is geweest.”
Joods museum
Wie in Thessaloniki kennis wil maken met de Joodse geschiedenis van de stad kan terecht bij het Joods Museum. Ruime aandacht wordt er geschonken aan de moord op de 49.000 Joden in de Tweede Wereldoorlog. De meeste Joden werden door de Duitsers afgevoerd naar Auschwitz en Bergen-Belsen. Het museum ligt in het centrum van de Noord-Griekse havenstad, Agiou Mina 13.